De christelijke gereformeerde predikant uit Eemdijk was maandag een van de spreker tijdens het Pinksterappel 2013 in Weesp. Het appel, traditiegetrouw georganiseerd door de christelijke gereformeerde kerk in Ouderkerk aan de Amstel, had als thema ”De Koning der koningen”. Zo’n 500 jongeren vulden de Grote Kerk van Weesp.

Maandagavond hield ds. Fokkema de laatste toespraak, over ”Verwachten we de Koning?”. De predikant nam zijn uitgangspunt in Psalm 24 en ging in op het grote onderscheid tussen ”verwachten” en ”afwachten”.

Wat verwachten inhoudt valt, aldus de Eemdijkse predikant, te zien als een vrouw in verwachting is. „Dan worden alle mogelijke voorbereidingen getroffen zodat alles klaar is wanneer de baby komt. Op diezelfde wijze moet de komst van de Koning der koningen worden verwacht.”

Hij vroeg de jongeren of en hoe zij de Koning der koningen verwachten. „Verwacht je Christus als een rechtvaardige Rechter en ben je echt blij met de wetenschap dat de strijdbare Christus al Zijn vijanden eenmaal zal verpletteren? Je snapt wel dat het verwachtingsvol uitzien naar die Koning in verband staat met een andere vraag, namelijk of Hij wel echt je Koning is. Want dan zie je uit naar Zijn komst.”

Ds. P. W. J. van der Toorn, christelijk gereformeerd predikant te Heerde, was de bijeenkomst ’s middags begonnen met de vraag: „Wat verwachten we van de koning?” Met Psalm 72 als uitgangspunt trok ds. Van der Toorn vergelijkingen tussen de verwachtingen ten aanzien van een aards koning en de Koning der koningen. Na de indrukwekkende inhuldiging van koning Willem-Alexander zal volgens hem iedere jongere er wel van overtuigd zijn dat het majesteitelijke echt bij een koning hoort. „Jezus Christus kwam echter, als een geboren Koning, zonder koninklijke attributen naar deze wereld. Op het pinksterfeest werd Zijn overwinningsbuit uitgedeeld, namelijk de Heilige Geest.”

Van een aardse koning wordt onkreukbaarheid verwacht en hij maakt indruk wanneer hij bij een ramp meeleven toont. „Jezus Christus gaat verder door niet alleen naast de ellendigen te staan, maar als plaatsvervanger in hun plaats te staan. En in tegenstelling tot een aardse koning kent Hij Zijn onderdanen allen bij name. Wat een voorrecht als de Pinkstergeest in je hart is uitgestort, want dan mag je bij de Koning der koningen kind aan huis zijn.”

Geen meester

Wat verwacht de Koning van ons? begon ds. J. Van Amstel zijn toespraak. „Wel, Hij verwacht in één woord: niets!” De emeritus predikant uit Ede wees op „het voorrecht, ja de genade, onderdaan van de Koning der koningen te zijn. Daar kun je immers niet naar solliciteren!” Petrus wilde voor Zijn koning vechten, maar even later verloochende hij Hem. „Nu, als Petrus het al liet afweten, waar zullen wij dan blijven?”

Al verwacht Hij niets, de Koning der koningen vraagt wel onderwerping. „Dat wordt moeilijk, want onderdanigheid ligt ons niet zo. Wij verzetten ons tegen deze unieke Koning omdat wij meer voelen voor het ”geen God en geen meester” van de Franse Revolutie.”

Ds. Van Amstel raadde de jongeren aan het verzet op te geven, omdat onderwerping aan deze goede Koning heilzaam is. „En het is een vorstelijke taak en tevens een koninklijke opdracht getuige te mogen zijn van deze Koning der koningen.”