Hulpverlener: Porno werkt een hoop ellende in de hand
BARNEVELD. Voor een seksverslaafde is het van belang dat hij zijn „machteloosheid” erkent. Zo kan er weer ruimte ontstaan voor erkenning, acceptatie, overgave, verandering en uiteindelijk gezonde intimiteit.
Dat zegt hulpverlener Chris Knorren van Solutions, een private verslavingszorginstelling die hulp verleent aan onder meer seksverslaafden. Knorren was dinsdag op een bijeenkomst in Amsterdam waar gesproken werd over verslavingen. De Amerikaan Patrick J. Carnes sprak over seksverslaving. Knorren ging de afgelopen tijd in de leer bij de Amerikaan en wil diens inzichten in Europa verder verspreiden.
Wat is de boodschap van Carnes?
„Een seksverslaafde jaagt naar intensiteit in plaats van intimiteit. Seksverslaving gaat niet over seks, maar komt voort uit een verlangen naar liefde, uit een gemis, uit een spirituele of existentiële leegte. Seksverslaving is een procesverslaving. Iemand is verslaafd aan het proces en het ritueel dat leidt tot bijvoorbeeld het bedrijven van anonieme seks in een park, het bezoeken van prostituees of het bekijken van porno en masturberen. Het orgasme wordt daarbij eindeloos uitgesteld, want dat betekent het einde van de opwinding. De spanning en opwinding zorgt voor veranderingen in het brein. Wil iemand van zijn seksverslaving genezen, dan zal hij eerst zijn eigen machteloosheid moeten erkennen. Hij of zij moet inzien dat zijn seksverslaving zelfdestructief is. Een seksverslaafde dient weer te leren wat intimiteit en goede zelfzorg zijn. Hij moet eraan werken zijn eigenwaarde terug te krijgen. Eerst moet hij een intieme relatie met zichzelf aangaan en pas later met een partner. Van belang voor een intieme relatie zijn verbondenheid, openheid, eerlijkheid, bereidwilligheid en kwetsbaarheid.”
Rond seksverslaving bestaat een „schizofrene spanning. Er heerst op seksueel gebied liberalisme in ons land. We kennen gelegaliseerde prostitutie, parenclubs, een website die aanmoedigt om in het geheim een seksaffaire te beginnen. Aan de andere kant wil men kennelijk niet inzien dat velen seksverslaafd zijn. Acht tot 10 procent van de Nederlanders heeft een verslavingsprobleem.”
Knorren is „niet voor en niet tegen” porno. „Ik wil er geen moreel oordeel over vellen. Het is voor de diagnostiek niet relevant. Vergelijk het met alcohol; die is beschikbaar voor iedereen, maar niet iedereen is alcoholist.
Een site die aanmoedigt om in het geheim vreemd te gaan, vind ik wel een kwalijke zaak. We zien duidelijk een verschuiving in de publieke moraal. Zo’n initiatief draagt niet bij aan een open relatie met je partner. Voor mij staat vast dat porno een boel ellende in de hand werkt, door de beschikbaarheid en anonimiteit, en een onjuist beeld van de realiteit. Porno veroorzaakt meer schade dan plezier, zeker voor mensen met een verslavingsgevoeligheid.”
Christenen zien porno als zonde. Waarbij een levende relatie met God herstel biedt.
„Vanuit religieuze waarden wordt porno gezien als iets wat te veroordelen is. Maar dat kan juist wel als het ware een extra stoot adrenaline geven bij een seksverslaafde. In het behandelprogramma van Solutions is ruimte voor spiritualiteit. Maar wij hangen niet een bepaalde religie aan. Als de cliënt ervan overtuigd is dat een levende relatie met God hem helpt van zijn seksverslaving af te komen, vind ik dat prachtig. Ik ben zelf gelovig, maar ik zal mijn overtuiging niet voorschrijven aan anderen. Je kunnen overgeven aan een hogere macht helpt zeker bij de strijd tegen seksverslaving. Waarbij we wel zelf actief moeten zijn om tegen die verslaving in te gaan.”
Voelt een vrouw wier man verslaafd is aan porno zich bedrogen?
„Vaak wel. Ze kan de indruk krijgen dat ze kennelijk niet mooi genoeg is. Wat de relatie beschadigt, is het feit dat de man in het geheim opereert. Ik ken ook vrouwen die er geen probleem mee hebben dat hun man porno kijkt, als ze daar maar van op de hoogte zijn. Misschien kijken ze samen wel porno. Ik vel daar geen oordeel over. Het risico van porno kijken is wel dat de seksualiteitsbeleving tussen partners onder druk kan komen te staan. En dat heeft alles te maken met de plasticiteit, verandering door gewenning, van het brein.”