Preventief
Preventief fouilleren bevalt in Rotterdam goed. Vrijdag werd een rapport gepresenteerd dat spreekt van zichtbare en overtuigende resultaten. Het grootste deel van de bevolking staat achter dit optreden. Bij de autochtone bevolking was het enthousiasme groter dan onder de allochtonen, maar ook daar steunde de meerderheid dit preventieve optreden.Na de dramatische verkiezingsoverwinning van Fortuyn bij de raadsverkiezingen van vorig jaar, is in Rotterdam een andere wind gaan waaien. De PvdA, die sinds mensenheugenis een dominante plaats in de Rotterdamse gemeentepolitiek innam, kwam buiten spel te staan. Veiligheid werd voortaan een van de speerpunten van het beleid, waarbij niet langer verzwegen werd dat allochtone jongeren een groot aandeel hadden in de criminaliteit.
Sinds het nieuwe gemeentebestuur aantrad is het aantal gewapende overvallen en berovingen op straat duidelijk gedaald. Maar van een bevredigend veiligheidsniveau is nog geen sprake.
Ook andere gemeenten hebben hun toevlucht genomen tot preventief fouilleren. Sinds vorig jaar september biedt de Nederlandse wetgeving gemeentebesturen de ruimte om bepaalde wijken daarvoor aan te wijzen. Daarmee blijft het preventief fouilleren toch een uitzonderlijke vorm van politieoptreden.
In het overgrote deel van Nederland is dit niet aan de orde. Maar er zijn nu eenmaal stadswijken waar de situatie behoorlijk uit de hand gelopen is. Soms al jaren lang. En het is verstandig dat het aanwijzen van gebieden waar in principe preventief gefouilleerd mag worden, in handen gelegd is van de gemeentebesturen. Die staan het dichtst bij de bevolking en kunnen de situatie ter plaatse het beste bezien.
Een van de bezwaren tegen dit preventief politieoptreden is dat het op gespannen voet staat met de gedachte dat de burger geacht wordt onschuldig te zijn, tenzij. Voor een aanhouding is dan eigenlijk een concrete verdenking nodig. Bij het preventief fouilleren is die niet aanwezig.
Een tweede bezwaar is dat preventief fouilleren vrijwel altijd selectief gebeurt. Jongeren, en met name allochtone jongeren, zullen vaker aangehouden worden dan bejaarden of heren in driedelig kostuum. Bij de laatsten is de kans nu eenmaal een stuk kleiner dat ze vuurwapens, messen of andere gevaarlijke dingen op zak hebben.
Maar ook bij andere politieacties geldt dat het getrainde oog van de politieman de kans taxeert dat er iets niet pluis is. Zo werkte de douane ook in de tijd dat er nog grenscontroles plaatsvonden.
Dat neemt niet weg dat het niet prettig is om regelmatig aangehouden te worden terwijl je niets verkeerds op zak hebt. Niet alleen verlies je tijd, terwijl je misschien wel haast hebt, maar mensen ervaren zo’n aanhouding op straat ook als onprettig.
Het is daarom van belang om dit instrument niet vaker te gebruiken dan onvermijdelijk is. Voor het overige geldt dat de veiligheidssituatie in ons land het nodig maakt om meer dan voorheen preventief op te treden. Dat niet alleen vanwege de gewone criminaliteit, maar ook met het oog op de bestrijding van het (islamitisch) terrorisme. Het is helaas niet anders.