Dordrecht herdenkt de doden: „door lijden naar heerlijkheid”
DORDRECHT. „We zien terug met ontzetting. Beelden van verschrikking staan op ons netvlies. We erkennen onze schuld en bidden om vergeving. We denken terug aan hen die het leven lieten.”
Dat zei ds. J. M. J. Kieviet zaterdagavond tijdens de dodenherdenking in de christelijke gereformeerde Singelkerk van Dordrecht-Centrum. De interkerkelijke herdenking wordt gehouden onder verantwoordelijkheid van de Raad van Kerken Dordrecht en de Stichting Reformatie Instituut Dordrecht.
Evenals voorgaande jaren is er bijzondere aandacht voor Psalm 43. In het kader van de dodenherdenking kreeg deze psalm de bijnaam ”de Dordtse verzetspsalm”. Aanleiding daarvoor vormt de geschiedenis van achttien verzetsmensen, onder wie de Dordtse gereformeerde onderwijzer Leendert Keesmaat. Zij werden op 13 maart 1941 door de Duitsers uit hun cel gehaald om zich naar de fusilladeplaats op de Waalsdorpervlakte te begeven.
In de Scheveningse gevangenis, die later de naam Oranjehotel kreeg, zaten op dat moment meer verzetsmensen gevangen. Zij konden horen wat er gebeurde. Volgens de jongere broer van Keesmaat zongen de gevangenen die op het punt stonden gefusilleerd te worden het eerste en vierde vers van Psalm 43: „Dan ga ik op tot Gods altaren, tot God, mijn God, de bron van vreugd. (…) Die na kortstondig ongeneugt, mij eindeloos verheugt.” Nadat de verzetsstrijders op de Waalsdorpervlakte eerst hun eigen graf groeven, klonken schoten.
De woorden van Psalm 43 laten licht schijnen op Gods trouw in godverlatenheid, aldus kerkelijk werkster Marianne Pompert. „Daarop vestigden de achttien verzetsmensen hun hoop.”
Hans Berrevoets, voorzitter van de Dordtse Raad van Kerken, ziet graag dat volgend jaar, wanneer dodenherdenking op zondag valt, Psalm 43 in alle kerken in Dordrecht een centrale plek krijgt. Ook in 2008 was dat het geval. Het Dordtse initiatief kreeg toen ook elders in het land navolging.
De rooms-katholieke pastoor Tj. Visser leest tijdens de bijeenkomst de geschiedenis voor van de Emmaüsgangers. Emeritus pastoor Homan van de Oudkatholieke Kerk verzorgt vervolgens een meditatie over de Emmaüsgangers met als thema: ”Door lijden naar heerlijkheid”. De Emmaüsgangers moesten volgens de emeritus pastoor loslaten en vergeven. „Het is het moeilijkste wat een mens kan doen. Het is een rouwproces dat je moet doormaken. Loslaten en vergeven zijn de sleutel om de weg door lijden naar heerlijkheid te verstaan. Als je dat niet doet, heb je geen leven.”
Fractievoorzitter Schalken van de plaatselijke politieke partij Beter voor Dordt, leest namen voor van Dordtenaren die tijdens de oorlog of bij gewapende conflicten daarna zijn gestorven. Het gedicht ”Dodenherdenking” van Karlijn Bogers wordt voorgedragen door Lennert de Jong, leerling van het Wartburg College, locatie Marnix, in Dordrecht. „Al hebben wij deze mensen nooit gekend; het is tijd dat je eraan went. Dat zonder hen wij hier nooit zouden staan.” Na de herdenkingsdienst spreekt ds. C. Streefkerk, predikant van de protestantse Ontmoetingskerk, een gebed uit voor de stad.