Hemelgraffiti
Een zonsopkomst of zonsondergang is vaak een schitterend schouwspel. Schrijvers en schilders hebben deze schoonheid van de schepping vaak vastgelegd met pen of penseel. Toch blijven daarbij zelfs de meest kunstige verbeeldingen slechts onbeholpen menselijke momentopnamen vergeleken met het originele majestueuze meesterwerk. Het is dan ook hemeltergend dat we dit vrijwel nooit meer ongeschonden kunnen zien. Elke dag wordt het wijde uitspansel volgekliederd met lelijke strepen en wazige lijnen door voortvluchtig vliegend tuig. Dit visueel vandalisme groeit ons steeds meer boven het hoofd. Het is niet alleen esthetisch maar ook economisch een wanvertoning.
Speciaal in het voorjaar en in de herfst maakt de wattige waas van vliegtuigsporen de welkome warme zonnestralen onaangenaam killer. Voor degenen die met beide benen op de grond moeten blijven staan is dat bepaald niet gunstig. In plaats van het zich kunnen koesteren in de zon, onder het aanmaken van de onmisbare vitamine D, rest niets anders dan –met een vergroot risico op depressiviteit– extra te stoken. De duurzame doeners onder ons somberen nog meer: hun hemelsblauwe zonnepanelen leveren door de uitwaaierende condensstrepen veel minder elektriciteit op dan bij een helder zwerk. Bij de boeren en tuinders groeien de gewassen bij verzwakte zon trager en lustelozer, terwijl de grauwsluier ook een schaduw werpt over de toeristische sector.
Extra wrang is het dat de in de wolken verkerende jetset straffeloos alle ruimte krijgt voor de verduisterende praktijken. Hypocriete politici zeggen duurzaam dat de vervuiler moet betalen, maar ze saboteren telkens opnieuw het invoeren van een belasting op vliegtuigkerosine. In plaats daarvan wentelen ze de gezondheidsschade af op zorgpremiebetalers, leggen ze zware heffingen op het schonere aardgas, brengen burgers het hoge btw-tarief in rekening bij aanschaf van zonnepanelen, en botvieren ze hun regelzucht wel op de agrarische en toeristische sector. Het is hemelschreiend onrechtvaardig.
Met drogredenen wordt geprobeerd de ongebreidelde groei van de luchtvaart goed te praten. Bijvoorbeeld door te beweren dat vliegtuigstrepen de opwarming van de aarde tegengaan. Bij het drie dagen durende vliegverbod boven de Verenigde Staten na de 9/11-aanslag in 2001 bleek het zonder condenssporen overdag weliswaar een graad warmer te zijn, maar ’s nachts werd het zonder wollige sluier juist een graad kouder.
De effecten op korte termijn zijn dus tegen elkaar weg te strepen, maar de kooldioxidevervuiling in de hogere luchtlagen zorgt op lange termijn wel degelijk voor hogere temperaturen. Inzet van duurzame brandstoffen lost dat probleem niet op: om het aantal schadelijke sporen in de lucht te verminderen moeten mensen op de grond meer sporen. Elektrisch aangedreven treinen zijn voor transport over korte en middellange afstanden schoner en efficiënter dan vliegtuigen, en ook goedkoper als de oneerlijke fiscale bevoordeling van de luchtvaartsector wordt beëindigd. Dan geldt voor de spoorwegen: ”the sky is the limit”.
Echter, materialistische hemelbestormende activiteiten nopen tot terughoudendheid. We verliezen er soms meer door dan we direct beseffen. Niet alleen vertroebelen we overdag de zon, maar ook ’s nachts ‘helpen’ we ons uitzicht naar de maan. Gek, hoe meer licht we gebruiken, hoe minder we zien. Door de overmaat aan kunstmatige lichtbronnen ontgaat ons de flonkerende pracht van ontelbare sterren. De weinige lichtpuntjes die we waarnemen zijn vliegtuiglampen en satellieten. Theoretisch weten we dat er miljarden maal miljarden sterren zijn, maar praktisch ervaren we dat niet meer.
Onze natuurlijke omgeving maken we zo dag en nacht minder imponerend en inspirerend. Daardoor vervliegen ook de mogelijkheden om tot rust komen in een meditatief moment van verstilling en verwondering. We vervreemden van de schepping, en missen ons doel. Hoog tijd om daar eens een streep door te trekken. Want wij eren de Schepper niet door Zijn werk te bekladden.
De auteur is adviserend ingenieur. Reageren? nietbijbroodalleen@refdag.nl