De gehele Kamer toonde zich verheugd met het akkoord. Alleen bij SP en GroenLinks overheerste nog de kritiek. GroenLinks-kamerlid Vendrik vroeg zich af hoe sociaal een akkoord kan worden genoemd dat onder zulke zware druk van het kabinet is gesloten. De VVD daarentegen liet bij monde van kamerlid Weekers weten dat het kabinet wel erg veel had weggegeven en dat scherpe controle op naleving door de sociale partners noodzakelijk blijft.

De PvdA was op sociaal-economisch terrein voor het eerst voorzichtig positief over van het kabinet. Volgens kamerlid Crone getuigt het van inzicht dat een aantal harde bezuinigingsmaatregelen (over WAO, VUT, ziektekosten) zijn afgezwakt ten behoeve van een sociaal akkoord. Wel vroeg hij zich af wat er nu overblijft van eerder gebruikte argumenten dat pappen en nathouden geen oplossing meer kan zijn en dat er daadkrachtig moet worden hervormd.

Ook ChristenUnie-kamerlid Huizinga-Heringa vroeg naar die eerdere argumentatie van het kabinet. Haar partij kan het maar moeilijk verkroppen dat de sociale partners in hun onderhandelingen met het kabinet veel meer bereikten dan de oppositie bij de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer. Dat er nu wel geld is voor verzachting van enkele harde bezuinigingen, terwijl het kabinet eerder zei geen cent te hebben, vindt zij onacceptabel.

Ook andere oppositiepartijen bleken het daar moeilijk mee te hebben. Zij bestookten CDA-kamerlid Verburg met de vraag waarom de CDA-fractie zich tijdens de algemene beschouwingen zonder meer liet binden aan de stelling dat er geen geld was voor verzachtingen, terwijl dat geld er nu wel blijkt te zijn. Zo wilde het CDA af van de medicijnknaak, maar daar kwam het in eerste instantie niet van omdat de partij geen alternatieve dekking had.

Volgens minister Zalm van Financiën heeft het kabinet echter alleen maar geld vrijgespeeld omdat werkgevers en werknemers bereid waren daar iets substantieels tegenover te zetten. Hij benadrukte dat er het kabinet veel aan gelegen is om de ontwikkeling van de lonen uiterst gematigd te houden, omdat vooral dat een herstel van het economisch klimaat in de hand werkt. Bevriezing van de lonen voor twee jaar is in dat opzicht zeer gunstig, zei hij.

Minister De Geus benadrukte dat het kabinet doorgaat met de noodzakelijke hervormingen in de sociale zekerheid. Het akkoord met de sociale partners leidt alleen tot een gematigder tempo en maatvoering. Verder stelde De Geus dat als de sociale partners hun verplichtingen niet nakomen ook het kabinet gerechtigd is terug te vallen op de originele bezuinigingsplannen.

De Geus kon tijdens het debat verwijzen naar gunstiger koopkrachtplaatjes, mede als gevolg van de afspraken met de sociale partners. Woensdag bleek dat de meeste mensen met een minimumloon of uitkering er volgend jaar toch een klein beetje op vooruitgaan. Aanvankelijk zouden zij koopkracht verliezen.

De afspraak over bevriezing van de lonen heeft overigens wel een negatief effect voor werknemers met een inkomen boven het minimumloon. Om deze reden werd het kabinet woensdagavond gekscherend het „meest herverdelende kabinet sinds lang” genoemd.