Economie

Griekenland blijft hameren op herstelbetalingen van Duitsland

ATHENE. Het laagste bedrag is afkomstig van een Griekse afgevaardigde. Hij zegt dat Berlijn 70 miljard euro schuldig is aan Athene. Het hoogste wordt genoemd door de Nationale Raad voor de invordering van Duitse oorlogsschulden aan Griekenland. Dat is een groep activisten rond de oorlogsveteraan en politicus Manolis Glezos (91). Hij spreekt over 500 miljard euro.

17 April 2013 08:47Gewijzigd op 15 November 2020 03:06
ATHENE. Drie soldaten van de Wehrmacht in mei 1941 op de Akropolis in Athene. beeld Bundesarchiv
ATHENE. Drie soldaten van de Wehrmacht in mei 1941 op de Akropolis in Athene. beeld Bundesarchiv

Stephanos Linaois, de secretaris-generaal van Glezos’ Nationale Raad, riep afgelopen week in de Duitse krant Die Welt Duitsland ertoe op het recht zijn loop te laten hebben. „Het Duitse Wirtschaftswunder ontstond door Amerikaanse kredieten, maar ook doordat Berlijn nooit zijn schulden inloste.”

En daarna gaf Linaois een korte opsomming. „Er is heel veel beschadigd, maar we moeten ook denken aan de diefstal van 8000 archeologische voorwerpen.”

Vorige week schreef de Griekse krant To Vima onder de kop ”Wat Duitsland ons schuldig is” dat „Griekenland nooit schadeloos is gesteld voor wat het in de Tweede Wereldoorlog is aangedaan.” De krant citeerde uit een tachtig pagina’s tellend rapport dat door een groep deskundigen, gevormd door de regering, is opgesteld. Het rapport is het resultaat van het doorzoeken van 761 mappen met archiefmateriaal. In totaal zou het gaan om 190.000 pagina’s die in verschillende archieven waren opgeslagen.

De krant noemt geen concrete bedragen uit het rapport. Volgens eerdere berekeningen van Griekse organisaties zou het gaan om 108 miljard euro voor het herstel van de verwoeste infrastructuur en nog eens 54 miljard voor kredieten die Griekenland tussen 1942 en 1944 aan nazi-Duitsland moest afstaan. Van dat geld werd de Duitse bezettingsmacht betaald. Keert Berlijn het geld ooit uit, dan zijn de grootste financiële problemen van Griekenland opgelost.

Maar het is zeer de vraag of Berlijn gaat betalen. Na de capitulatie van Duitsland vond in de herfst van 1945 op uitnodiging van de geallieerden in Parijs een eerste conferentie plaats over de herstelbetalingen. De Griekse overgangsregering eiste 10 miljard Amerikaanse dollar.

De Britten en de Amerikanen vonden dit een te hoog bedrag. Zij voorzagen dat te hoge herstelbetalingen de economische opbouw van een nieuw, democratisch Duitsland zouden verhinderen en een voedingsbodem zouden creëren voor een nieuwe Hitler. Zij wilden geen nieuw Verdrag van Versailles met als gevolg een zwak Duitsland. Bovendien kon men een stabiel West-Duitsland in de opkomende Koude Oorlog goed gebruiken.

In het Londense Schuldenakkoord van 1953 werd de regeling van de herstelbetalingen uitgesteld naar een eventueel nog af te sluiten vredesverdrag. Toen er in 1990 over de Duitse eenheid werd onderhandeld, waren de vier vroegere bezettingsmachten het erover eens dat met het Twee-plus-vierverdrag een definitieve regeling met Duitsland werd gesloten en „in de plaats kwam van een vredesverdrag.” Alle aanspraken op herstelbetalingen waren met het verdrag afgehandeld. Ook Griekenland accepteerde dit akkoord.

De bondsrepubliek stelde wel eerder individuele slachtoffers van de nazi’s schadeloos. In 1960 sloten Athene en Bonn een akkoord waarbij er 115 miljoen mark naar Griekse gedupeerden ging.

Het is begrijpelijk dat de Duitse regering de zaak als afgehandeld ziet. Berlijn schermt bovendien met een uitspraak van het Internationaal Gerechtshof in Den Haag, dat stelt dat Duitsland juridische immuniteit geniet tegen landen over misdaden van de Tweede Wereldoorlog.

De Griekse regering opereert voorzichtig. Als ze de zaak hoog speelt stoot ze haar belangrijkste geldschieter voor het hoofd.

De bevolking is minder terughoudend. To Vima vat de gevoelens van veel Grieken samen als hij eist: „De regering heeft een historische taak te vervullen. Ze moet deze kwestie met onze belangrijkste geldschieter goed afhandelen. Daarbij mag ze niet buigen.”

Waarnemers verwachten dat Athene het conflict met Duitsland zal mijden. De plaatsvervangende minister van Financiën, Christos Staikouras, diplomatiek: „Griekenland wil een open discussie en behoudt zich het recht voor aan een bevredigende oplossing te werken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer