Nog geen steun oppositie voor sociaal akkoord
DEN HAAG (ANP) – De voor het kabinet belangrijke oppositiepartijen als het CDA en D66 zijn nog terughoudend over het sociaal akkoord dat het kabinet vorige week sloot met werkgevers en werknemers. CDA-leider Sybrand Buma zal woensdag in het Kamerdebat met het kabinet nog geen ja of nee tegen het akkoord zeggen. Daarvoor moeten maatregelen eerst worden uitgewerkt.
„Ik zeg geen ja tegen iets waarvan ik nog onvoldoende weet wat het is”, zegt Buma. Hij ziet goede maatregelen in het sociaal akkoord, maar ook is er nog veel onduidelijk of vooruitgeschoven naar augustus, als het kabinet bekijkt hoe de economie er voorstaat en of de bezuinigingen van ruim 4 miljard alsnog nodig zijn.
Ook Alexander Pechtold van D66 zal woensdag het licht niet op groen zetten voor het sociaal akkoord. Hij wil eerst de doorrekening van de plannen door het Centraal Planbureau zien. Die komt pas in juni.
Pechtold, die dinsdag werd bijgepraat door minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken, vindt wel dat in het akkoord te veel hervormingen worden uitgesteld of afgezwakt, bijvoorbeeld bij WW en ontslagrecht. De extra bezuinigingen voor volgend jaar zijn volgens hem niet van tafel, maar „onder het tafelkleed gemoffeld”.
Buma heeft zich gestoord aan premier Mark Rutte die volgens hem gedreigd heeft met bezuinigingen als mensen niet massaal auto’s en huizen gaan kopen. Ook de verschillende geluiden van Rutte, minister Edith Schippers en VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra hebben de CDA-leider gestoord.
Ook GroenLinks is nog niet klaar voor een definitief oordeel over het akkoord. „In juni weten we pas wat de effecten zijn op de werkgelegenheid. En pas in september krijgen werknemers in de zorg duidelijkheid over hun salaris. Zo herstel je geen vertrouwen.”
PVV-leider Geert Wilders zal het sociaal akkoord niet steunen. Het belangrijkste dat hij mist zijn belastingverlagingen. „Hoe kun je mensen oproepen een huis of auto te kopen als je ze via lastenverzwaring 9 miljard euro uit de portemonnee klopt ?”
VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra beaamde dat Rutte „net iets optimistischer” is dan hij over de kansen dat bezuinigingen in september niet meer nodig blijken. Het tekort moet daarvoor zakken naar 3 procent. „Mijn inschatting is dat de kans dat we eronder komen, niet heel erg groot is.”
PvdA-leider Diederik Samom lijkt ietsje optimistischer dan Zijlstra, maar sluit extra bezuinigingen in het najaar ook niet uit. „Iedereen heeft zijn eigen optimisme.”