Zo begon ds. H. J. Lam, hervormd predikant te Ridderkerk, zaterdagavond in Hardinxveld-Giessendam zijn lezing voor +16-jongeren van het Hervormd Jeugdwerk (HJW). De jongerenavond stond in het teken van de wederkomst, met als thema: ”Ik geloof… dat Hij wederkomt om te oordelen de levenden en de doden”.

De predikant vertelde over een man die altijd zijn nette pak meenam wanneer hij op het land ging werken. Want, zei hij, „stel dat de Heere Jezus morgen terugkomt, dan moet ik gereed zijn.” „En jullie?” vroeg ds. Lam. „Stel je toch eens voor dat Jezus morgen terugkomt. Wie gaat daarvan uit? Wie van ons verkeert in deze spanning? Ben jij een slaper of een waker?”

De eerste christenen leefden volgens de Ridderkerkse predikant sterk vanuit de verwachting van de wederkomst. Wanneer de Heere Jezus terug zou komen, interesseerde hun minder dan dat Hij terug zou komen. Die verwachting doortrok vervolgens ook de prediking van de apostelen. „Paulus, Johannes, Petrus en noem hen maar op, waren er klaar voor”, aldus ds. Lam.

Toch is Christus er nog niet. Schuift God de wederkomst op de lange baan? „Nee, Hij neemt er alle tijd voor. Hij wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen.”

Volgens ds. Lam ziet de Bijbel de eerste komst van Christus in Bethlehem en Zijn tweede komst straks op de wolken van de hemel heel dicht bij elkaar liggen. „Maar God hanteert een andere maatstaf voor tijd dan wij.” Toch zijn er volgens de predikant in de kerkgeschiedenis telkens momenten geweest dat christenen bevangen werden door een zogenoemde wederkomstkoorts. „Vaak zie je dat bij sekten.” Theorieën en fantasieën zijn er te over. Dikwijls worden zij gegoten in het gewaad van een roman, een film of een thriller. „Eén ding is zeker”, zei ds. Lam. „Hoe we ook denken over de verzinsels en geschriften van al die eindtijddeskundigen, door hun toedoen klopt God Zelf op het hart van de kerk en klopt Hij ook op jullie en mijn hart en zegt Hij vanavond tegen ons: „Denken jullie eraan? Morgen kan het zover zijn dat Mijn Zoon terugkomt. Zullen jullie met die toekomst net zo intensief bezig zijn als met je eigen toekomst?””

Verder wees de predikant ook op allerlei „on-Bijbelse theologie”, waarin menig theoloog zonder blikken of blozen heeft gezegd dat Jezus Zich aangaande Zijn wederkomst heeft vergist. Of dat de aankondiging van Zijn wederkomst Hem achteraf in de mond is gelegd.

Dat er voorafgaand aan Christus’ wederkomst nog een duizendjarig rijk zou komen, geloven de chiliasten. Ds. Lam zei zich graag te willen aansluiten bij de uitleg van kerkvader Augustinus. Volgens Augustinus is het duizendjarig rijk er nu al. Ten aanzien van de jongste dag geeft de Bijbel ons geen draaiboek, stelde de predikant. „Ons oog wordt getrokken naar de rechterstoel waarop Christus op de jongste dag plaatsneemt. De boeken van Gods alwetendheid, van ons geweten zullen worden geopend, evenals het boek des levens en het boek der werken. Wat de doorslag geeft, is of we in de wijnstok –in Christus– zijn ingeplant.”

„Aan welke kant van Christus sta jij op die dag?” vroeg ds. Lam aan de HJW-jongeren. „Dat is de allesbeslissende vraag. Weet je dat niet? Neem dan de toevlucht tot het kruis van Christus. Je moet er toch niet aan denken dat Jezus, als Hij morgen terugkomt, tegen een van ons zou moeten zeggen: „Ik ken jou niet.””