De motie werd ingediend door SGP-fractieleider J. van Maanen. De raad vraagt Van Hedel om uiterlijk per 1 januari op te stappen. De motie kwam aan het eind van een ingelaste raadsvergadering, waarin een onderzoek op de agenda stond van bureau BING naar het huisvestingdossier en de dubbele woonlasten van de burgemeester.

SGP-voorman Van Maanen stelde vast dat er bij het declareren van dubbele woonlasten geen sprake was van fraude of valsheid in geschrifte. „Maar is alles wat geoorloofd is, ook verstandig om te doen?” vroeg hij zich af. „Het declareren van woonlasten voor een woning die niet bewoonbaar was, is in deze tijd slecht te verkopen.”

Bovendien constateerde Van Maanen dat de burgemeester in handelen en communicatie tekortschiet en niet goed aanvoelt hoe de commotie rond dit dossier tot bedaren kon worden gebracht. „Jammer, want Neerijnen heeft een goed communicerende burgemeester nodig, een verbindend persoon. Zeker in een tijd met veel politiek rumoer.”

De SGP’er vond dat de burgemeester in zijn doen en laten „balanceert langs de rand van de waarheid.” Van Maanen constateerde bovendien dat de passieve opstelling van Van Hedel rond de informatieverstrekking op gespannen voet staat met de openheid die zo belangrijk is voor politieke ambtsdragers.

De visie van de SGP werd breed gesteund. CDA-leider Verseijl stelde vast dat de burgemeester de narigheid over zichzelf heeft afgeroepen. „Hij heeft maanden niets tegen de raad gezegd en heeft lak aan mensen die anders denken.” Ook onafhankelijk raadslid Van Tellingen constateerde dat de burgemeester de schuld te veel bij anderen legt en forse uitspraken over de raad heeft gedaan.

CDA’er Scheurwater vond het onbegrijpelijk dat de burgemeester tien maanden heeft gewacht voordat hij zijn huis in Valkenswaard te koop had gezet. „U heeft geen fraude gepleegd, maar als je langs het randje van de afgrond loopt, bestaat de kans dat je er in valt.”

Hoewel Van Hedel vaststelde dat hij een gevecht tegen de bierkaai voerde, deed hij een ultieme poging om de raad van zijn gelijk te overtuigen. Hij gaf toe dat hij de raad onvoldoende had geïnformeerd. Bijvoorbeeld toen hij eindelijk een woning in Neerijnen had bemachtigd. „Ik was toen zo euforisch dat ik vergat u op de hoogte te stellen.” En later was de stemming van dien aard dat hij het steeds uitstelde. „Het werd steeds gekker, ik werd in de kolk meegezogen.”

Van Hedel laakte het gedrag van het toenmalige college. „De ene dag was er een positieve uitspraak; de andere dag zaten we bij het coalitieoverleg en volgden er verdachtmakingen. Zo raakte het schip op drift.” Ook was Van Hedel kritisch over het BING-rapport. „Dat is hier en daar tendentieus.” En zijn kritische opmerkingen over raadsleden die in het rapport stonden, waren onder druk tot stand gekomen. „Ik was wat grieperig.”

Het was koren op de molen van de raad. „U kruipt weer in de slachtofferrol. U legt de bal opnieuw bij anderen”, constateerde Van Maanen. Waarna de raadsmeerderheid de motie van afscheid aannam. De motie werd gesteund door SGP, CDN, CDA, Lijst Van Tellingen en de VVD.