Bonden niet volmondig achter SER
UTRECHT- De vakbonden staan niet te trappelen bij het vrijdag gesloten WAO-akkoord. FNV Bondgenoten ziet „zwaarwegende minpunten”, het CNV plaatst „kritische kanttekeningen.” Volgens de RMU is het voorstel een omwenteling in het denken.
Het stuit de grootste vakbond van Nederland, FNV Bondgenoten, tegen de borst dat de SER heeft besloten dat zij straks niet meer samen met werkgevers in CAO’s aanvullende afspraken mag maken over de WAO.
Hiermee sluit de vakbond zich niet onvoorwaardelijk aan bij zijn vakcentrale FNV. „Het is een ernstige inbreuk op onze onderhandelingsvrijheid en voor onze achterban moeilijk te verteren”, verklaarde een woordvoerster van FNV Bondgenoten in een eerste reactie. Volgens haar zou de bond bijvoorbeeld in CAO’s extra afspraken willen maken voor mensen die 35 tot 80 procent zijn afgekeurd.
„Deze mensen krijgen in hun tweede ziektejaar nog maar 70 procent van hun salaris van hun werkgever. Dat zouden wij willen aanvullen, want het is niet nodig de werknemer op deze manier nog eens financieel te prikkelen”, aldus de woordvoerster.
Verder is Bondgenoten bevreesd voor de positie van mensen die minder dan 35 procent zijn afgekeurd. „Als zij inderdaad zelf met hun werkgever moeten onderhandelen over hun loon, dan dreigen zij te weinig zekerheid in inkomen te krijgen.”
De CNV Bedrijvenbond plaatst „kritische kanttekeningen” bij het vrijdag in de SER bereikte WAO-akkoord. Volgens de CNV-bond kleeft er ook een „principieel probleem” aan het SER-advies, dat de toestroom van nieuwe WAO’ers aanzienlijk moet beperken.
Het WAO-akkoord neigt volgens de bond naar een kostenbesparing. „Juist alle energie zou in het aan het werk helpen van mensen moeten worden gestoken”, aldus de CNV Bedrijvenbond vrijdag in een eerste reactie.
Volgens een woordvoerder bestaat er een mogelijkheid dat de achterban van de Bedrijvenbond „in opstand komt.” Een zwaar punt is volgens hem de afspraak in het akkoord dat vakbonden en werkgevers niet meer op decentraal niveau aanvullende afspraken over de WAO mogen maken.
„In februari wordt de achterban van de bond geraadpleegd en moet blijken of we ja dan wel nee tegen dit akkoord zeggen”, aldus de zegsman.
De overkoepelende vakcentrale CNV heeft ingestemd met het akkoord. „Wij erkennen dat er veel goed werk is verzet, maar er zitten kortom nog wat haken en ogen aan het plan”, aldus een woordvoerder van de CNV-bond.
MKB-Nederland, de belangenbehartiger voor kleine en middelgrote bedrijven, en de kleinere vakvereniging Unie MHP toonden zich verheugd over het onderhandelaarsakkoord. „Maar de uitvoering zal in hoge mate het succes van deze aanpak bepalen”, tekende H. Vroon van de Unie aan.
Volgens de RMU is het SER-akkoord „een omwenteling” in denken over de arbeidsongeschiktheid. „Het is van belang dat de verantwoordelijkheid komt te liggen op de werkvloer, bij werkgever én werknemer.” Activeren van arbeidsgeschiktheid is volgens de reformatorische vakorganisatie cruciaal.
Volgens de RMU is plechtig beloofd om de verslechteringen niet via de CAO’s te repareren. „De inkt is nog niet droog, of CNV en FNV betogen dat op decentraal niveau via CAO-afspraken de beoogde 70 procent uitkering in het tweede jaar aangevuld moet worden tot 100 procent. Dit zet de betaalbaarheid onder druk.”
Als er keuzes gemaakt moeten worden tussen een iets lagere uitkering in het tweede ziektejaar of een iets hogere beoogde uitkering voor hen die blijvend en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, kiest de RMU voor de laatste categorie.
Voor WAO’ers die het echt nodig hebben moet er volgens de RMU „een optimaal functionerend” stelsel van sociale zekerheid zijn. „Dat heeft alles te maken met de bijbelse opdracht om te zorgen voor de zwakken in de samenleving.”