Volgende week maakt de sloopkogel van Jan Pongers een onherroepelijk eind aan dit stuk stedelijke historie. Het markante gebouw, waarin markante Rijssenaren werkten, verdwijnt uit het straatbeeld. Ondanks een ultieme poging van oud-Akor-directeur H. Wolterink om het pand te redden. Rijssenaren zien de sloop met lede ogen aan.

Ooit verfoeiden progressieve politici de sloop- en vernieuwingsdrift van de voortvarende SGP-burgemeester Smit tijdens diens regeerperiode van 1970 tot 1989. Veel oude gebouwen moesten het veld ruimen voor efficiënte nieuwbouw. Smit had er een heldere visie op: „Wil je een oud gebouw houden, koop het en ga er zelf in wonen.”

Gebeurde dat niet, dan maakte het plaats voor iets nieuws, vaak smakeloos, maar wat wel van alle eigentijdse gemakken was voorzien. Blijkbaar drukte Smit een stevig stempel op de Reggestad, want karakteristieke gebouwen worden nog altijd soepel gesloopt. Behalve CU-fractievoorzitter Tijhof zwijgt de gemeenteraad van links tot rechts.

Het oude notariskantoor was ooit de werkplek van notaris Schönfeld Wichers en zijn roemruchte zonen Karel Diederik en Herman Pieter, de latere schrijver Belcampo. Kandidaat-notaris Karel Diederik (”Karel van ’n Notoaris”) werd bekend doordat hij het Rijssense dialect vastlegde in drie woordenboeken. Na hen werd het statige pand achtereenvolgens bevolkt door de notarissen Van Schooten, Rakhorst en ten slotte IJzerman. Als gevolg van de economische crisis moest IJzerman drastisch inkrimpen en zette hij het oude notarispand te koop.

Door bemiddeling van makelaar Lammertink werd het pand voor 750.000 euro verkocht aan een buitenlandse investeerder, de 78-jarige J. Heruer, woonachtig in Monaco. De oud-Amsterdammer bezit meer panden in Rijssen. Het notarispand moet plaatsmaken voor strakke nieuwbouw.

De goegemeente ziet de ontwikkelingen met verbazing aan. Zeker na het geharrewar in het recente verleden rond de afbraak van de historische speelgoedwinkel van Klensman in de Grotestraat en het getouwtrek om de historische stadsboerderij waarin nu een brasserie is gevestigd.

Eigenaar van de stadsboerderij is oud-directeur H. Wolterink van bouwbedrijf Akor. Wolterink wilde het vervallen pand Grotestraat 27 aanvankelijk slopen, maar na diverse gerechtelijke procedures is het meer dan 350 jaar oude pand behouden gebleven en opnieuw functioneel gemaakt door er een horecavoorziening in onder te brengen.

Wolterink zegt dat hij tien jaar geleden als bouwondernemer ook belangstelling had voor het oude notarishuis. „Toen notaris Rakhorst ermee ophield, waren wij ook in de race. Ik heb wel wat met dat soort nostalgische bouwwerken. Destijds was het plan overigens voorzien van de ”k” van karakteristiek. Dat betekent dat je extra zorgvuldig moet omgaan met dit soort gebouwen. We waren dan ook van plan om het pand in de huidige staat te handhaven en aan de achterkant uit te breiden met commerciële ruimtes. Echter, notaris Gertjan IJzerman had het al gekocht om er zijn notarispraktijk in voort te zetten. Zodoende veranderde er dus niets.”

Het gaat Wolterink aan het hart dat het gebouw alsnog wordt gesloopt. Hij vraagt zich overigens af hoe de ”k” van karakteristiek zomaar van het plan is verdwenen en de sloopvergunning al is afgegeven. „Ook nu nog heb ik een ultieme poging gewaagd om het pand te behouden. Ik heb contact gezocht met de zaakwaarnemer van Heruer en hem voorgesteld de plannen zodanig te wijzigen dat dit historische gebouw behouden kon blijven. Dat voorstel vond echter geen gehoor, omdat daardoor de zaak vertraging zou oplopen en de toekomstige huurder zich mogelijk terug dreigde te trekken.”

Wie de toekomstige huurder wordt, mag Wolterink nog niet zeggen, maar wel dat het gaat om een onderneming van grote betekenis voor Rijssen. „In een tijd van economische slapte ben je natuurlijk blij met elke succesvolle verkoop, maar voor een stad als Rijssen blijft het ontzaglijk jammer dat gebouw tegen de vlakte gaat. De enige die het zou kunnen redden is Heruer zelf, die een dezer dagen persoonlijk naar Rijssen komt. De kans dat hij ingrijpt is echter niet bijster groot.”