Volgens hem vermindert de invloed van al–Qaida door de internationale strijd tegen de organisatie en nemen afzonderlijke terroristische organisaties het over. „Deze lokale groepen zijn tegenwoordig in staat om aanvallen uit te voeren die net zo dodelijk zijn als al–Qaida", stelt Gunaratna.

Volgens hem worden deze groeperingen nog wel betaald door al–Qaida. „Tegenwoordig zijn de grootste bedreigingen voor ons de terroristische groeperingen die worden bewapend, getraind, gefinancieerd en, meest belangrijk, geïdeologiseerd door al–Qaeda", aldus de wetenschapper.

Volgens Gunaratna, schrijver van het boek Inside al–Qaida, hebben de leden van deze terreurgroep zich na de ontmanteling van hun Afghaanse trainingskampen verspreid over Zuidoost–Azië, het Midden–Oosten, Afrika en de Kaukasus. Al–Qaeda is verantwoordelijk voor de aanvallen op het World Trade Center in New York en het Pentagon op 11 september 2001. Het aantal leden van de groep is volgens Gunaratna sindsdien echter geslonken van 4000 naar minder dan duizend.

„De campagne tegen al–Qaida is erg succesvol geweest en al–Qaeda is nu niet langer in staat om grootschalige gecoördineerde aanvallen uit te voeren op de schaal van 11 september waar ook ter wereld, en zeker niet in westerse landen", aldus Gunaratna.

Van vijf terroristische aanslagen in het Midden–Oosten, Tsjetsjenië en Pakistan in mei van dit jaar was er slechts één het werk van al–Qaida. Lokale groepen waren verantwoordelijk voor de overige, zegt Gunaratna.