Dordrecht wil aantrekkelijke fietsstad worden
DORDRECHT – Speciale horeca voor fietsers, kleine stallingen, goede rekken; Dordrecht kan nog veel aantrekkelijker worden voor fietsers. Ook het gemeentebestuur heeft die ambitie. B en W mikken stiekem zelfs op de titel Fietsstad 2014. Voordat het zover is, moet er nog heel wat gebeuren. „Er is een cultuuromslag nodig”, vindt William Nederpelt, voorzitter van de Fietsersbond Drechtsteden.
Het onderwerp ”Fietsbeleid” staat vanavond prominent op de agenda tijdens een symposium waarop ook verschillende Dordtse wethouders hun opwachting maken.
De gemeenteraad van Dordrecht wil het fietsbeleid voor de stad aanscherpen, zo bleek tijdens de laatste algemene beschouwingen. De raad nam toen een motie hierover aan van de de partijcombinatie CU/SGP. Die baseerde haar motie weer op pleidooien van de Fietsersbond.
Er valt nog veel te verbeteren in Dordt, stelt medeorganisator Hans Berrevoets. „Er wordt voor fietsers best veel gedaan, maar het kan allemaal nog beter. Denk aan de afstemming van de verkeerslichten. Als je een beetje pech hebt, sta je als fietser drie, vier keer achter elkaar voor het rode licht te wachten. De doorstroming is niet goed geregeld.”
Volgens Nederpelt heeft het gemeentebestuur de afgelopen tien jaar nauwelijks geld vrijgemaakt voor fietsvoorzieningen. „Er werd alleen meegelift met bestaande projecten, niet geïnvesteerd in nieuw beleid op dit gebied. Daardoor werden die deelprojecten nooit aan elkaar geknoopt.”
Zo loopt er een breed tweerichtingenfietspad van het station naar het oostelijk deel van de stad. „Dat pad houdt op een gegeven moment gewoon op. Hetzelfde verschijnsel zie je ook elders in de stad waar fietspaden niet op elkaar aansluiten.”
Ook de stallingen zijn Nederpelt een doorn in het oog. „Ze zijn kwalitatief en kwantitatief onder de maat. Dat zorgt voor verrommeling in het centrum en de buitenwijken. Inwoners raken eraan gewend; ze interesseren zich er niet meer voor.”
Nederpelt vindt dat er een cultuuromslag moet komen. „In Nederland is fietsen vaak een verhaal van infrastructuur. Hoe meer fietspaden hoe beter; verder komen we niet. In Zweden en Denemarken wordt het fietsen gepromoot met enorme campagnes. Daar kunnen we veel van leren. In New York worden straten afgesloten voor auto’s. Daar mag alleen worden gefietst. Het gekke is dat er dan veel meer verandert. Mensen komen naar buiten, vervolgens komen er terrasjes. Een straat is dan niet meer de snelste verbinding van de ene plaats naar de andere, maar wordt ontmoetingsruimte.”
De kans is groot dat Dordrecht de knip moet trekken. Berrevoets en Nederpelt relativeren dat in koor en wijzen op de kosten die bespaard worden als inwoners vaker de fiets pakken. „Het scheelt in de milieuvervuiling, de parkeerproblemen en de aanpak van obesitas.”