In 2000 verhandelden particulieren onderling iets meer dan 700.000 auto’s, vorig jaar was dat met ruim 4,5 procent gestegen tot bijna 732.000, zo blijkt uit cijfers die de Bovag vrijdag heeft gepubliceerd.

„Wellicht heeft het groeiend aantal auto’s dat bedrijven hun medewerkers ter beschikking stellen daarmee te maken”, geeft de Bovag als verklaring voor de gestegen consumentenhandel. Vaak moeten deze werknemers zelf hun auto weer verkopen, aldus de organisatie voor de autobranche.

Autobedrijven hadden in 2001 juist een stuk minder tweedehands auto’s in voorraad. Om de prijzen scherp te houden, hebben zij het aantal auto’s dat zij niet-nieuw aanboden met circa 14 procent weten terug te dringen. Maar ook het feit dat er minder nieuwe auto’s werden verkocht (ongeveer 530.000 tegenover 598.000 in 2000), zorgde er volgens de Bovag voor dat de autoverkopers minder gebruikte auto’s binnenkregen om door te verkopen.