Opinie

Commentaar: Wachten op revolutie in bankwereld

Kwaliteit kost geld. Dat was zo ongeveer het argument dat minister Dijsselbloem van Financiën woensdag inbracht tijdens het debat over de nationalisatie van SNS Reaal. Wie een goede bankier wil aantrekken, moet in financieel opzicht over de brug komen. Anders krijg je tweede keus. Dat kun je nu in de moeilijke situatie waarin de bank zich bevindt niet gebruiken.

7 February 2013 11:56Gewijzigd op 15 November 2020 01:49
Dijsselbloem. Foto ANP
Dijsselbloem. Foto ANP

Met Van Olphen, de nieuwe topman van SNS Reaal, heeft de minister een salaris van 550.000 euro afgesproken. Weliswaar heeft de bankier daarvoor fors ingeleverd ten opzichte van hetgeen hij bij zijn vorige werkgever verdiende, maar er zullen miljoenen Nederlanders zijn die per jaar nog geen tiende van dat bedrag op hun bankrekening krijgen bijgeschreven. Met andere woorden: Van Olphen krijgt een zeer vorstelijke beloning.

Niet verwonderlijk dus dat diverse partijen woensdag morden. Zij vinden het salaris te hoog. In het debat werd enkele malen verwezen naar de balken­endenorm, bedoeld om de exorbitante salariëring van topbestuurders aan banden te leggen. Droeg die voorheen het karakter van een richtlijn, sinds 1 januari van dit jaar is hij wettelijk verplicht.

Als deze norm zou worden toegepast, zou Van Olphen niet meer mogen verdienen dan 130 procent van een ministerssalaris. Dat betekent dat zijn inkomen rond de twee ton zou moeten liggen. Tegen die achtergrond is de 550.000 euro die de nieuwe SNS-topman is toegezegd wel erg veel.

De balkenendenorm geldt voor hoge functionarissen die werkzaam zijn in de (semi)publieke sector. Banken en het bedrijfsleven vallen daar niet onder. Maar nu SNS Reaal volledig in overheidshanden is, zou de norm ook moeten gelden voor de leiding van die bank, zo redeneren veel Kamerleden. Niet zo’n onlogische gedachtegang.

De praktijk blijkt echter wat weerbarstiger te zijn. Duidelijk is dat in de lastige situatie waarin SNS Reaal verkeert, er behoefte is aan een ervaren en zeer bekwame bankier. Alleen met toptalent aan het roer kan de bank weer gezond worden gemaakt. Dat kost geld, zeker in de bankwereld waar bestuurders doorgaans jaarlijks tonnen, zo niet miljoenen verdienen. In die concurrentieslag moet een fors salaris geboden worden, om een goede bestuurder binnen te halen. Begrijpelijk dus dat Dijsselbloem zeer diep in de buidel heeft getast.

Ondanks het begrip voor de afspraken die de minister met de nieuwe baas van SNS Reaal heeft gemaakt, blijft er echter wel een ietwat wrange nasmaak. Toen enkele jaren gelden de bankencrisis uitbrak, riepen burgers, parlementariërs en ook bankiers in koor dat de cultuur in de bankensector drastisch moest veranderen. Dat zou ook consequenties moeten hebben voor bankiers, zo was het unanieme oordeel. Bankiers moesten van het imago af dat ze vooral dachten aan hun eigen portemonnee. Bonussen moesten daarom worden afgeschaft of op zijn minst gematigd en ook de salarissen moesten neerwaarts worden bijgesteld. Van dat goede voornemen is tot nu toe weinig terechtgekomen. Ook al heeft Van Olphen ingeleverd, zijn inkomen van vijfenhalve ton is een bewijs dat de culturele revolutie binnen de banksector nog steeds op zich laat wachten.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer