Ds. Van Eckeveld onderstreept waarde Nederlandse Geloofsbelijdenis
ZEIST – De Nederlandse Geloofsbelijdenis (NGB) spreekt met teerheid over het werk en de verdienste van Christus. Ds. J. J. van Eckeveld kwam bij de bestudering van het belijdenisgeschrift vooral op dit punt opnieuw onder de indruk van de inhoud van de NGB.
De predikant is verbonden aan de gereformeerde gemeente in Zeist. Ruim 36 jaar. In die tijd hield ds. Van Eckeveld twee keer een serie preken over de NGB. „De Heidelberger Catechismus is dé belijdenis voor de prediking. Tussen perioden van catechismuspreken heb ik echter ook een keer de Dordtse Leerregels en de NGB behandeld.”
De laatste serie preken over de NGB heeft ds. Van Eckeveld gebruikt als basis voor zijn recent verschenen boek ”Geloven en verwachten. Meditaties over de Nederlandse Geloofsbelijdenis” (uitg. Den Hertog, Houten, 2012). Daarin beschrijft de predikant steeds in zeven, acht bladzijden de inhoud van de artikelen en trekt hij geestelijke lessen uit de woorden van Guido de Brès (1522-1567).
Het zijn geen preken, maar verkorte weergaven daarvan. „Ik hoop dat dit boek de lezers dichter bij de inhoud van de belijdenis brengt. Ik heb het niet geschreven als een dogmatisch geschrift. Mijn wens is dat er onderwijs in mag liggen voor het geestelijk leven.”
U zegt dat verschillende artikelen van de NGB diep bevindelijk zijn en dat we daarin het hart van Gods kinderen horen kloppen.
„De NGB is meer dogmatisch van toon dan de Heidelbergse Catechismus, maar er zijn toch heel tere, bevindelijke passages in te vinden. Neem artikel 13 over de voorzienigheid van God. Daar staat: „Wij aanbidden met alle ootmoedigheid en eerbied de rechtvaardige oordelen Gods.” En verderop: „Deze lering geeft ons een onuitsprekelijke troost…” Of artikel 21 over Christus’ voldoening: „Wij vinden allerlei vertroosting in Zijn wonden, en hebben niet van node enig ander middel te zoeken of uit te denken om ons met God te verzoenen, dan alleen deze enige offerande.” En artikel 26 over de voorbidding van Christus: „Laat ons Hem niet verlaten, om een anderen te nemen; (…) want toen God Hem ons gegeven heeft, zo wist Hij wel dat wij zondaars waren.””
Wat is de kern van de NGB?
„Dat zijn de artikelen die gaan over Christus en Zijn werk. Daar wordt met zo veel teerheid over gesproken. Die artikelen zijn tot vertroosting van bedrukten.”
De NGB kwam tot stand in een tijd van vervolging. Dat proef je, stelt ds. Van Eckeveld. „Je hoort als het ware de brandstapels knetteren. Als je dat beseft, krijgt de NGB nog meer diepte. Dat geldt in het bijzonder voor het slot van de belijdenis: „Daarom verwachten wij die groten dag met een groot verlangen, om ten volle te genieten de beloften Gods, in Jezus Christus, onze Heere”, schrijft De Bres.””
De Zeister predikant vreest dat dat vergezicht in de kerk in Nederland anno 2013 vaak ontbreekt. „Wij zijn het zo gewoon gaan vinden wat wij hier hebben. Als je ons kerkelijk leven legt naast dat van een christen in Noord-Korea… Als die een Bijbel in huis heeft, kan het al slecht aflopen. Wij zijn zo zelfgenoegzaam. Als wij op ons kerkelijke eiland maar met rust gelaten worden, vinden we het wel goed.”
Vervolging schudt de kerk wakker, constateert ds. Van Eckeveld. „Dan komt openbaar wat ware godsvrucht is en wat schijn is. Dat laat de kerkgeschiedenis ons ook steeds weer zien. Vervolging drijft Gods kinderen naar de Heere toe.”
Indeling
De heldere indeling van de NGB spreekt ds. Van Eckeveld aan. „Dat was ook een ontdekking voor me. Artikel 1 tot en met 13 gaan over de theologie. Dan volgt in 14 tot en met 17 de antropologie: wie is de mens en hoe is hij in zonden gevallen? In artikel 18 tot en met 22 de christologie, over Christus en Zijn werk. Dan in 23 tot en met 26 de soteriologie, de leer van de redding van de mens. Daarna de ecclesiologie, over de kerk, de ambten en de sacramenten in artikel 27 tot en met 36.”
En als slot de eschatologie, de leer over de toekomende dingen in artikel 37. „Die heldere indeling kom je later ook weer tegen, bijvoorbeeld in de dogmatiek van Bavinck en ook in die van Van Genderen en Velema”, zegt de Zeister predikant,
De Heidelbergse Catechismus bestaat 450 jaar. Wat valt u op als u die naast de NGB legt?
„De Heidelberger Catechismus heeft een heel andere ontstaansgeschiedenis. In de Palts waren spanningen tussen luthersen en calvinisten. De keurvorst wilde helderheid scheppen en liet daarom de catechismus opstellen. De Heidelbergse Catechismus is vooral gericht op het onderwijs van de gemeente en de jongeren. De catechismus is echt een leerboek en een troostboek. Hij brengt de leer heel dichtbij: „Wat is úw enige troost?” en „Wat nut ú…?” En in de Heidelbergse Catechismus worden de Tien Geboden en het gebed uitvoerig behandeld. Zoiets zou niet passen in de NGB. De NGB is leerstelliger. Die gaat meer op de leer in. Het is echt een belijdenis. Guido de Brès wilde met de NGB naar buiten toe duidelijk maken wat de gereformeerde leer was.”
Welk advies geeft u de kerkganger met betrekking tot de NGB?
„Veel mensen hebben een dagboek waar zij dagelijks uit lezen. Ik zou zeggen: lees en overdenk ook eens per week een artikel uit de belijdenis. Zo kan iedereen de waardevolle inhoud ervan beter leren kennen. Er zijn gemeenten waar tijdens doordeweekse kerkdiensten steeds een artikel uit de NGB of een paragraaf uit de Dordse Leerregels wordt gelezen, voorafgaand aan de Schriftlezing. Dat is een goede gewoonte. Het geeft deze belijdenis meer bekendheid.”
Dit is het tweede deel van een drieluik over de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Volgende week woensdag deel 3: ds. A. J. Kunz over ”Als een prachtig boek. Nederlandse Geloofsbelijdenis artikel 2 in de context van de vroegreformatorische theologie”.