Joodse scheiding in Engeland zorgt voor commotie
LONDEN – In Engeland is commotie ontstaan over de scheiding van een Joods echtpaar op grond van een uitspraak van een rabbinale rechtbank in New York.
Reacties in de Engelse media suggereren dat met de uitspraak de deur is opengezet naar het toestaan van uitspraken op basis van de islamitische shariawetgeving, zo meldde The Times vorige week op de voorpagina. De Nederlandse opperrabijn Jacobs begrijpt weinig van de opwinding in Engeland. „De Joodse wet verplicht Joden de wetten van het land te eerbiedigen.”
Het orthodox-Joodse stel dat in 2006 trouwde en eerst in Israël woonde, verhuisde naar de Engelse hoofdstad voordat hun eerste kind werd geboren. Na de geboorte van een tweede kind besloten ze in 2009 te scheiden. Een geschil over de toewijzing van de kinderen leidde tot jarenlange rechtszaken. Zelfs op de Haagse Conventie voor Bescherming van de Rechten van het Kind werd een beroep gedaan.
Voordat het High Court in Londen een uitspraak in deze kwestie deed, vroegen betrokkenen om een uitspraak van rabbijnen in New York. De Engelse rechter stond dat toe, omdat het volgens hem beter zou zijn dat de zaak behandeld werd in de lijn met de religieuze overtuigingen van het echtpaar. De uitkomst bleek in overeenstemming met de Britse wetgeving.
Rechter Baker voegde toe dat de Beth Din-uitspraak van de New Yorkse rabbijnen niet bindend is, omdat ze niet méér gewicht heeft dan een uitspraak van een officiële rechtbank. De rechter bepaalde wel dat de man zijn vrouw een ”get” moet geven, een echtscheidingsdocument dat bij de scheiding volgens de Joodse wet de man aan de vrouw geeft en ook geaccepteerd moet worden; daarmee wordt het huwelijk ook in religieuze zin officieel beëindigd.
Intussen is er op internet een discussie losgebarsten over de vraag waarom de Engelse wetgeving niet voldoende zou zijn.
Opperrabijn Jacobs benadrukt in een reactie dat volgens het Joodse recht Joden gehouden zijn de wetten van een land te eerbiedigen. „We lijden eronder dat we in alles wat we doen, vaak door onwetendheid worden vergeleken met de islam.”
Jacobs legt uit dat een scheiding in Joodse kring zowel burgerlijk als religieus moet plaatshebben. „Als mensen huwelijksproblemen hebben, kunnen ze zich wenden tot een rabbijn. Die zal proberen het huwelijk te redden, zeker als er kinderen bij betrokken zijn. Als er geen uitzicht is op voortzetting van het huwelijk en betrokkenen willen geen van beiden samen verder, zal de rabbijn een Beth Din samenstellen, een college van drie rabbijnen, en wordt de procedure van echtscheiding in werking gesteld. Hiermee wordt het huwelijk Joods bezien ontbonden. Maar daarnaast blijft een burgerlijke scheiding vereist. Er is geen sprake van dat de wet van een land wordt overheerst.”