Buitenland

Maggie Das werkt en woont onder Indiase armen

Ze had nooit eerder in een vliegtuig gezeten en zag vorige week voor het eerst sneeuw. Nóg duizelt het haar van wat haar overkomt, nu ze in Nederland is. Maggie Das, uit de Indiase stad Calcutta, had tot vorige week dan ook nog nooit verder gekeken dan de krottenwijk waar ze geboren is.

29 January 2013 09:23Gewijzigd op 15 November 2020 01:38
Maggie Das. Foto André Dorst
Maggie Das. Foto André Dorst

Het levensverhaal van Maggie Das (26) is dan ook geen stereotiep succesverhaal van een vrouw die zich dusdanig heeft opgewerkt dat ze een lekkend krot kon verruilen voor een middenklassewoning. Nee, Maggie Das woont nóg in het krotwoninkje waar ze werd geboren.

Succesvol naar aardse maatstaven is ze dan ook zeker niet; wel heeft ze een door de God van de Bijbel gezegend leven, dat zich kenmerkt door persoonlijke geestelijke verlossing en dienstbaarheid aan de mensen om haar heen. De afgelopen dagen was ze in Nederland om namens de christelijke hulporganisatie Compassion het belang van sponsoring van kinderen in ontwikkelingslanden onder de aandacht te brengen.

Intussen kan een gesprek met een jonge Indiase vrouw natuurlijk niet heen om de beruchte groepsverkrachting van een jonge Indiase vrouw uit New Delhi, in december, waarbij de vrouw om het leven kwam.

Das heeft zich verbaasd over de ophef die deze gruwelijke gebeurtenis veroorzaakte, omdat volgens haar verkrachtingen in India dagelijks op grote schaal plaatsvinden. „Elke dag zijn meisjes en vrouwen bezig om uit de handen van jongens te blijven.” Zijzelf was daarop geen uitzondering. Wanneer ze met de bus naar school ging, wist ze wat haar daar te wachten stond. „Vrijwel altijd zit zo’n bus propvol met mensen, en jongens maken daar gebruik van door dicht tegen meisjes aan te gaan staan en hen te betasten. Je kunt geen kant op als zoiets gebeurt, en niemand van de andere passagiers zal het voor je opnemen. Die jongens kunnen gewoon hun gang gaan.”

Meisjes en vrouwen die dagelijks van en naar hun werk moeten lopen, riskeren dat ze door een groep jongens worden opgewacht en misbruikt worden.

Maar ook achter de muren van de huizen zijn ze niet veilig, zegt ze. Daar zijn het vaak de vaders en broers die hun handen niet van dochters en zussen kunnen afhouden.

„Meisjes en vrouwen schamen zich diep als ze zoiets meemaken, en ze zwijgen erover. Zoiets te berde brengen schaadt immers de reputatie van je familie en daarom laten we het maar gebeuren.”

Ook in de krottenwijk waar Das opgroeide was het bepaald niet veilig voor meisjes en vrouwen. „Mijn moeder drukte mijn zusje en mij altijd op het hart om nooit na achten ’s avonds nog buiten te zijn. We mochten ook niet ver van huis, bijvoorbeeld voor een picknick met vrienden ergens buiten de stad gaan.” Toch denkt Das dat het rumoer rond de groepsverkrachting van de jonge vrouw in New Delhi iets ten goede heeft veranderd. „Jonge vrouwen zijn meer eensgezind om dit niet meer te accepteren zodra het hen weer overkomt. In ieder geval ga ik voortaan luid schreeuwen als ik weer wordt lastiggevallen in de bus, en dan verwacht ik dat mensen me nu wél te hulp zullen komen.”

Alsof het leven van een jonge vrouw in een krottenwijk, waar zo’n 300 mensen dicht op elkaar wonen, al niet zwaar genoeg is. Akkoord, er is nu elektriciteit en stromend water; het riool stroomt niet meer over bij hevige regenval, en de muren van de huisjes zijn van steen, niet meer van leem. Maar het openbaar toilet moet het gezin Das nog altijd met zo’n zestig mensen delen. Bovendien bestaat het dagelijks leven voor de meeste gezinnen nog onverminderd uit balanceren boven de afgrond van ontbering, ondervoeding of regelrechte honger: de meeste mannen verdienen er een schamel loon als dagloners.

Alcoholgebruik

De grootste kwelling in veel gezinnen is het alcoholgebruik van de mannen. Dronkenschap zorgt voor veel geweld in en buiten de hutjes, terwijl alcoholverslaafde vaders het gezinsinkomen verpatsen aan drank.

Maggie Das maakte het als kind en jong meisje allemaal mee, omdat haar vader ook alcoholverslaafd was (en nog altijd is). In de kleine ruimte van de hut was ze getuige van de meest verschikkelijke dingen: ruzies tussen haar ouders om geld en eten, maar ook werd ze veelvuldig mishandeld door haar vader als die weer eens dronken was. Ook zegt ze door hem regelmatig misbruikt te zijn.

„Nooit ontving ik de liefde waar ik als kind zo naar hunkerde. In plaats daarvan kreeg ik als oudste dochter juist overal de schuld van en kon ik om die reden van mijn vader een extra pak slaag krijgen.”

Bittere herinneringen heeft Das aan de momenten dat haar moeder maar weer bij de buren ging aankloppen om kliekjes te vragen, omdat haar man het dagloon had uitgegeven aan drank in plaats van er eten voor te kopen.

Om aan (meer) geld te komen leende vader Das nogal eens bij geldschieters, maar van terugbetalen kwam weinig terecht. Vooral niet toen vader er voor vijf jaar vandoor ging en het gezin aan zijn lot overliet. Om de haverklap stonden de geldschieters op de stoep om het geld terug te eisen en dreigden ze Das en haar zusje mee te nemen als hun moeder niet over de brug kwam met geld.

Van solidariteit zegt Das in die moeilijke tijd weinig te hebben gemerkt, eerder het tegendeel. „Toen we als gezin compleet aan de grond zaten omdat mijn vader was vertrokken, waren we het dagelijks vermaak van de buurt.”

Negatief zelfbeeld

Ook van beter gesitueerden in de wijk hadden ze niets positiefs te verwachten. „Het enige wat die doen is toch vooral aan iedereen laten zien dat ze er beter aan toe waren dan zij.”

Das zegt door al die ervaringen een diepgeworteld minderwaardigheidscomplex te hebben opgelopen, en dat is iets waar volgens haar heel veel meisjes in haar omgeving aan lijden. „Ze hebben een sterk negatief zelfbeeld en voelen zich veroordeeld tot een leven van armoede in deze krottenwijk.”

Bij Maggie Das liep het anders en dat kwam omdat haar moeder, die christen is, uit pure nood contact zocht met Compassion, die het sponsoren van kinderen (wereldwijd nu 1,2 miljoen kinderen) als kerntaak van armoedebestrijding heeft gemaakt. Ook in de wijk waar Das leefde, was deze van oorsprong Amerikaanse organisatie een project gestart. Maggie Das kwam toen ze vijf jaar oud was in aanmerking voor sponsoring door donorouders in het buitenland, en dat veranderde haar leven radicaal. Ze kon naar school en kreeg daar te eten, maar ze kreeg ook –voor het eerst in haar leven– liefdevolle aandacht. Vooral van de brieven die ze van haar sponsorouders ontving, kon ze geen genoeg krijgen vanwege de warmte en liefde die erin door klonken.

Na schooltijd bracht ze uren door bij de hulpverleners van het project in de krottenwijk en bij leden van de christelijke gemeente waar het hulpproject was ondergebracht. Voor Das waren dat ervaringen die haar leven veranderden. „De christelijke gemeente heeft me geleerd dat God mijn echte Vader is, Die er altijd voor me is, ook als ik weer eens door mijn natuurlijke vader word uitgefoeterd.”

Toen Das de kans kreeg om een opleiding tot onderwijzeres te gaan volgen, werd een lang gekoesterde droom van een arm meisje werkelijkheid, en was ze weer in staat om met respect naar zichzelf te kijken en hoop te koesteren voor de toekomst.

Thuis lesgeven

Inmiddels is ze aan de slag gegaan in haar eigen wijkje, onder meer door kinderen die van hun ouders niet naar school mogen omdat ze moeten bedelen, bij haar thuis les te geven.

Das zegt een voorbeeld te willen zijn voor de meer gefortuneerden in haar land. „India is niet arm, maar een land waar de rijken zich niet willen bemoeien met de armen, en die de kloof tussen beiden met de dag groter laten worden.”

Als Maggie Das deze week weer terugkeert naar Calcutta, trekt ze weer in bij haar moeder en vader. De laatste maakt haar, net als voorheen, nog altijd uit voor rotte vis zodra ze niet doet wat hij wil, of iets doet wat hem niet bevalt. Van mishandelingen is geen sprake meer, omdat de man door een beroerte ernstig verlamd is geraakt en enkel nog op bed kan liggen.

Das zegt dolgraag iets voor haar moeder te willen doen, omdat die haar en haar zusje ten koste van zichzelf heeft beschermd en gesteund. „Als er geen eten was, dan spaarde ze haar eigen portie uit om het aan ons te geven. Intussen heeft zijzelf nooit die liefde en zorg ontvangen die ze zo nodig had en ook verdiende.”

Deze week is Maggie Das ook weer dagelijks aan het bed van haar vader te vinden, om hem te verzorgen en van eten en drinken te voorzien. Hoe ze dat nog kan, na al die afschuwelijke ervaringen met hem?

Even denkt ze na en geeft dan fluisterend antwoord. „Hij is mijn vader.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer