Dat zei ds. B. Labee dinsdagavond in Werkendam op een toerustingsavond van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) voor leidinggevenden van -16-clubs. Het was de eerste regionale toerustingsavond in een serie van zeven. De andere bijeenkomsten worden deze maand gehouden in Nunspeet, Capelle aan den IJssel, Goes, Dirksland, Zeist en Amsterdam. Het thema van de avonden is ”Vurig van geest”.

Soms spelen leidinggevenden in het jeugdwerk met de gedachte er maar mee te stoppen, bijvoorbeeld als ze thuiskomen na een moeilijke verenigingsavond, zei de predikant uit Veenendaal. „Met een schuin oog kijken ze naar andere gemeenteleden die gezellig op een verjaardag zaten en zich niet lijken te bekommeren om het jeugdwerk. Toch worden leidinggevenden opgeroepen trouw te zijn. En niet alleen trouw, maar ook vurig van geest, waartoe Paulus in Romeinen 12:11 oproept.”

Je kunt alleen vurig zijn als je aangestoken bent door een ander vuur, zo zei hij, „namelijk het vuur van Gods Geest. Voor vuur is een warmtebron nodig. Voor Paulus is dat het genadewerk van Gods Geest.”

Aan het begin van zijn referaat vroeg ds. Labee de zestig leidinggevenden een persoon in gedachten te nemen die vurig van geest is. „Deel met elkaar hoe het komt dat deze persoon zo is en wat dit met jou doet”, luidde zijn opdracht.

Niet somberen

Wanneer de predikant de conclusies leest in een rapport als ”Om het hart van jongeren” (uit 2009, onder redactie van dr. Marion Verduijn en Marieke de Vries, red.) en het boek ”De hunkerende generatie” van Els van Dijk, „dan zijn die om van je stoel te vallen”, zei hij.

„Hoewel Paulus waarschijnlijk niet in Rome is geweest toen hij zijn brief aan de christenen daar schreef, waarschuwde hij hen dat ze de wereld niet gelijkvormig moesten worden, maar veranderd worden door de vernieuwing van hun gemoed. Ook dat is vandaag de dag meer dan nodig.”

Het valt hem zwaar als jongeren niet meer in de kerk komen en naar de catechisatie gaan. Toch wil de predikant niet somberen. „Dat doet Paulus in Romeinen 12 ook niet. Paulus begint zijn brief aan de christenen in Rome niet met het aanheffen van een treurzang dat ze het zo moeilijk hebben. Nee, hij stelt dat ze hun lichamen tot een levende, heilige en Gode welbehagelijke offerande moeten stellen. Een christen moet zich geestelijk opofferen. Dat is leven voor de Heere. Het besteden van je gaven is je opofferen voor de Heere. Bent u al een levend lid van Christus?”

De predikant stelde aan de orde hoe de taak van leidinggevenden vervuld moet worden. „Hoe kun je dienstbaar zijn aan jonge mensen? Hebt elkander hartelijk lief met broederlijke liefde; met eer de een de ander voorgaande. Wees niet traag in het benaarstigen. In trouw te volharden, de Heere te dienen en Hem te volgen.”

Aan het thema ”Vurig van geest” verbond ds. Labee dan ook de oproep: zijt vurig van geest. Vurig kan volgens hem ook vertaald worden met kokend. „Om iets te laten koken, heb je een warmtebron nodig.”