„Zending heeft slecht imago”
UTRECHT – Het grootste struikelblok voor de zending is dat missie de naam heeft onvrij te maken. Missiologie worden geassocieerd met dwang. In dat opzicht heeft de zending de wind erg tegen.
Dat zei prof. dr. Mechteld Jansen vrijdagmiddag in Utrecht bij de presentatie van het boek ”Protestantse zendingsopleiding in Nederland (1797-2010)”. De hoogleraar aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) –bijzondere leerstoel missiologie– stelde dat het negatieve beeld van de zending ertoe moet leiden dat de kerk juist meer naar buiten treedt en „over grenzen heen ontmoeting en bevrijding moet zoeken.”
Tegelijk is er geen tijd waarin zo veel vraag is naar missiologische literatuur en toerusting als de huidige, stelde prof. Jansen tegenover het negatieve imago dat mensen buiten de kerk van zending hebben. „Zending heeft helemaal de wind mee.”
Ze wees op de vele aandacht voor het onderwerp, in Nederland, maar ook in Duitsland en Engeland. „Iedereen lijkt ermee bezig te zijn hoe de kerk naar buiten moet treden, gastvrijheid moet uitstralen. Dat alles vanwege het gesprek met de secularisatie en het secularisme.” In dat kader is het ook goed om terug te kijken naar de geschiedenis van de zending en de zendingsopleiding, zo zei de hoogleraar in een reactie op het boek.
Goed kunnen communiceren is van wezenlijk belang voor zendelingen bij de verspreiding van het christelijk geloof, stelde oud-rector van het Hendrik Kraemer Instituut (HKI) drs. A. Verburg vrijdagmiddag. Het in 1971 opgerichte HKI was het gezamenlijke zendingsopleiding van de Nederlandse Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerken in Nederland in Oegstgeest, bij Leiden. Na het ontstaan van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) verhuisde het naar Utrecht. Het instituut is bezig in een nieuwe vorm een doorstart te maken.
Verburg overhandigde de eerste exemplaren van het boek aan een dochter van een van de voormalige rectors van het HKI, E. Jansen Schoonhoven, aan prof. Jansen en aan prof. dr. B. de Gaay Fortman. De laatste was jaren als curator aan het HKI verbonden.
Zendelingen moeten in hun werk zich presenteren als gast, stelde ds. J. Wessels, directeur van de Evangelische Alliantie. Hij viel daarmee prof. Jansen bij. „Gast zijn betekent dat je je richt op die ander. Dat je bepaalde omgangsvormen in acht nemen. In ons gast-zijn mogen we Jezus Christus present stellen. Dat is heel belangrijk in de zending. In het buitenland, maar ook nu in Nederland, in het geseculariseerde Westen.”
De bibliotheek van het HKI die is ondergebracht bij de Universiteitsbibliotheek Utrecht is recent gecatalogiseerd, zo werd vrijdagmiddag meegedeeld.