Commentaar: Overlast arbeidsmigranten snel aanpakken
Er is dit jaar al veel te doen geweest over het zogenoemde Polenmeldpunt van de PVV. Zowel Den Haag als Brussel en Straatsburg veroordeelde het. Het PVV-project zou aansporen tot discriminatie en vreemdelingenhaat.
Bovendien schaadde het initiatief het Nederlands aanzien in het buitenland. De Nederlandse ambassadeur in Warschau moest tekst en uitleg komen geven. Als premier Rutte buitenlandse ambtsgenoten ontmoette, werd hij erop aangesproken. Met onnavolgbare onverstoorbaarheid zei hij dan steeds: „Ik kan er niets aan doen. Dat is een zaak van de PVV.” Formeel had hij daar gelijk in.
Helemaal onbegrijpelijk was de kritiek echter niet. Ze was ook niet helemaal onterecht. De PVV richt de pijlen op bepaalde groepen buitenlanders en heeft daarbij de neiging dan allen die tot die gemeenschap behoren over een kam te scheren. Dat zal ze natuurlijk ontkennen, maar in de praktijk gebeurt dat wel. De geschiedenis heeft geleerd dat dit stigmatiseren gemakkelijk leidt tot totale uitsluiting.
Daarnaast is laakbaar dat de PVV op een tamelijk goedkope manier inspeelt op onlustgevoelens zonder dat ze zelf fundamentele oplossingen aanreikt voor de problemen achter de aanwezigheid van buitenlanders. Ondanks de crisis is er immers bij bedrijven behoefte aan goedkopere krachten die bereid zijn hard te werken zonder veel gemopper.
Het gevaar van de kritiek op het ini- tiatief is dat daarmee de problemen waar de PVV op inspeelt genegeerd worden. Weinig mensen willen immers op één hoop gegooid worden met de PVV. Dus ze houden hun mond.
Het kan namelijk niet ontkend worden dat er met enige regelmaat problemen zijn met Polen, Roemenen en Bulgaren. Het feit dat het PVV-meldpunt in een jaar tijd 40.000 klachten kreeg vanwege overlast van Oost-Europese buitenlanders is wel een signaal. Daaraan voorbijgaan leidt op den duur tot grotere onvrede bij veel Nederlanders en dat zal de PVV in de kaart spelen.
De oplossing die de PVV aanreikt, is tamelijk goedkoop. „Gooi alle bedelaars, werkelozen, alcoholisten en daklozen het land uit.” Dat klinkt stoer, maar het is geen structurele oplossing.
Deze week publiceerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een boek over de arbeidsmigratie in de Europese Unie. De WRR zet vraagtekens bij het aantrekken van hoogopgeleide buitenlandse werknemers. Hij pleit voor een doordacht en doelgericht arbeidsmigratiebeleid op de lange termijn. Datzelfde zou gezegd kunnen worden voor de lager opgeleiden.
Daarbij wees de WRR ook op de schaduwzijden van het huidige migratiebeleid, met name als het gaat om sociale aspecten zoals het verdringen van de autochtone werknemers en de overlast in wijken. Het kabinet deelt dat in zekere zin. Het wil meer werk maken van hulp aan Nederlandse werklozen bij het vinden van een baan. Dat zou inderdaad speerpunt moeten zijn. Doet de regering dat niet, dan zal de irritatie over Polen, Roemenen en Bulgaren alleen maar toenemen omdat de stroom aanhoudt. Dat zou koren op de molen van Wilders zijn.