Domper op vereniging door komende breuk
„Er was geen mogelijkheid om een breuk in de toekomstige verenigde kerk te voorkomen. Dat zet voor mij een domper op mijn vreugde.” Dat zei ds. J. Stelwagen (voorzitter van de hervormde visitatoren-generaal) vrijdag tijdens een minisymposium in Doorn.
Het symposium was georganiseerd bij de verschijning van het boek ”Verenigd - op de drempel van de Protestantse Kerk in Nederland”. De predikant hekelde het „exclusieve denken in de rechterflank van de Hervormde Kerk.” „Vereniging betekent dat juist die gemeenten die zeggen zich verbonden te weten aan de gereformeerde wortels, buiten de kerk gaan staan. Dat vind ik verlies.”
Ds. Stelwagen wilde niet als voorzitter van de commissie-Stelwagen spreken (zoals op de uitnodiging stond aangekondigd), „want die commissie bestaat niet meer”.
Hij riep op los te komen van het „concurrentiedenken. Ik hoop dat gelovigen ophouden met getwist wie de meeste is, wie het beste bij de tijd is, of het meest bij de waarheid, in plaats van met elkaar te leren hoe de ander te dienen. Dat moet geleerd worden van Christus. Ik ben niet direct optimistisch als het gaat om de leergierigheid van de kerk op dit punt. Men wil wel in het groter verband leven, maar dan om zichzelf te blijven en geen last te hebben van de ander.
Ook de verklaring van het moderamen om zich gebonden te blijven weten aan de gereformeerde belijdenis wordt gebruikt om de eigen identiteit af te schermen van de ander. Als het daarbij blijft, wordt niet het doel van de verenigde kerk gehaald. De rechtervleugel heeft zo’n exclusief standpunt, dat men geen theologische mogelijkheid heeft om zich door anderen te laten relativeren. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat dit ook in de linkervleugel gebeurt.”
Ds. Stelwagen zei dat het langdurige SoW-proces alle energie uit de kerk weggezogen heeft. „Ik hoop dat de energie die nu vrij zal komen, bestemd wordt voor de eigenlijke taak van de kerk. Als de kerken in gezamenlijkheid hun beste krachten ter beschikking stellen, verwacht ik daarvan iets goeds. Ik hoop dat de gemeenten bereid zijn te groeien in het gemeenschappelijk belijden van de kerk, want daarmee zullen ze groeien in eenheid en waarheid. Zo zullen we meer kerk worden.”
Ds. Nellie van Kampen-Boot, gevraagd als „gewone dorpsdominee” (in Pijnacker), vroeg zich af of je echt blij moet zijn. „Ja, het is bevrijding dat we onze aandacht kunnen richten op essentiële dingen, op zaken waar je echt kerk voor bent. Dat werd ook wel tijd. Ik ben ook blij dat ondanks alle narigheid iets zichtbaar wordt van genezing. Je ziet een nieuwe vitaliteit ontstaan. Elkaar vinden is een genezende ervaring, die om voortzetting vraagt. Is het ons werkelijk te doen om bijbelse eenheid, of is het louter pragmatisme? Als het om het eerste gaat, is de PKN geen eindpunt, maar leren we in de ontmoeting met andere kerken.”
Ds. D. Strasser, lid van de triosynode namens de Evangelisch-Lutherse Kerk (ELK), vroeg zich af wat SoW de ELK kan bieden. „Het echte nieuwe is dat het gaat om een kerkvereniging, iets wat zeer zeldzaam is. Een héreniging gebeurt wel eens, een vereniging niet. Het gaat om de ontmoeting tussen twee gigantische tradities, de calvinistische en de lutherse. Ook voor luthersen is SoW een doorbreking van het isolement en het naar binnen gericht zijn. Het nieuwe is ook om opnieuw vorm te geven aan plurale kerk.”
Dat laatste is, zei ds. Strasser, bij ons een schrikbeeld, vanwege het gevaar van grauwheid. „Luthersen zijn een vrolijk orthodox en royaal, maar niet liberaal gezelschap. Sola gratia is niet middeleeuws, maar springlevend. Het gaat om open handen, die steeds bereid zijn om te ontvangen. Je kunt altijd terug naar de Schrift, wat we eigenlijk nooit hebben gedaan met ons gesteggel over de ordinanties en regelingen. Als we teruggaan naar de Schrift, krijgen we een werkelijk nieuwe kerk.”
Tijdens de bijeenkomst leefde de verwachting dat er na de vereniging energie zal vrijkomen voor andere zaken dan SoW. „Als we die energie dan ook maar daarvoor gebruiken, benadrukte de gereformeerde synodepreses, ds. J. G. Heetderks. Ook bleek er een trend dat classicale vergaderingen, waarin gereformeerdebonds- of confessionele gemeenten vertegenwoordigd zijn, besloten hebben tot vereniging met gereformeerde classes. Dat gebeurde tegen de verwachting in en vaak ook zonder enige discussie, zo bleek, aldus dr. B. Plaisier, in de classis Almelo.
In het boek ”Verenigd” geven 25 schrijvers uit alle hoeken van de drie kerken aan hoe zij de komst van de PKN beleven. Het boek werd vrijdag door dr. Plaisier aangeboden aan de kerkenraad van Geldrop, de oudste SoW-gemeente in Nederland (sinds 1967). „Het boek is niet voor niets gepland in deze periode”, zei Plaisier. „Er is jarenlang toegeleefd naar het moment van vereniging, uit zorg of uit verlangen. Onze gevoelens zijn nog niet verenigd. De beslissing over de vereniging is echter zeer nabij. Het gesprek over kerkelijke vereniging is tot op zekere hoogte gelukt, althans, kerkordelijk.
Dat is nu ten einde gekomen. Ons geregel is nu voorbij. Intensivering is daarom nodig op het gebied van toerusting en geestelijke verdieping. De eerste decennia van het SoW-proces waren door deze zaken bepaald. Het geestelijk gesprek op gemeenteniveau is niet aan de orde gekomen. Zelfs als het verenigingsbesluit in tweede lezing niet genomen zou worden, zouden onze kerken niet meer dezelfde blijven, gezien de ontmoeting en het gesprek de afgelopen tijd.”