Spaanse regering weigert pensioen protestantse voorgangers te betalen
MADRID – De Spaanse regering heeft onlangs ontkend dat protestantse voorgangers worden achtergesteld ten opzichte van rooms-katholieke collega’s. Voor de protestantse kerken is dat een tegenslag. Hun voorgangers ontvangen daarom geen aanvullend pensioen.
De uitkomst is een tegenslag voor de Protestantse Kerk in Spanje, de Iglesia Evangélica Española. De kerk regelt al jaren de pensioenen van predikanten en predikantsweduwen, maar de kosten daarvan drukken zwaar op de begroting van de kerk. Eenderde van de totale begroting is gereserveerd voor de pensioenen.
In de komende dagen zal Mariano Blázquez, voorzitter van de Federatie van Protestantse Organisaties, de Federación de Entidades Religiosas Evangélicas de España, het gesprek aangaan met Gaspar Llamazares. Hij is parlementariër en maakt zich sterk voor de belangen van de protestanten in Spanje.
Franco
Tijdens de dictatuur van Franco (1939-1975) was het voor protestantse voorgangers niet mogelijk om sociale verzekeringen af te sluiten. Dat stond min of meer gelijk met een verbod het ambt uit te oefenen, stelde persdienst EPNN vrijdag.
Sindsdien is er veel verbeterd, maar de nog levende pastores en hun partners van het Franco-tijdperk hebben nog steeds geen aanvullend pensioen of een andere vorm van compensatie van de overheid ontvangen.
In april heeft het Europese Hof voor de Rechten van de Mens geoordeeld dat Spanje het verbod op discriminatie overtreedt door predikanten geen compensatie aan te bieden. Spanje heeft wel zijn falen erkend maar daaraan geen praktische consequenties verbonden.