Minder uitstoot van uitdijend wagenpark
Het Nederlandse wagenpark is sinds 1980 met bijna 40 procent gegroeid, van 4,2 miljoen personenauto’s in 1980 tot 6,9 miljoen vorig jaar. Maar de uitstoot van schadelijke stoffen slonk in die periode drastisch.
Uitgaande van een index die in 1980 op 100 stond, daalde de emissie van stikstofoxiden (NOx) volgens deze schaal vorig jaar naar 20 en die van koolmonoxide (CO) naar 30. Dat betekent reducties van 80 en 70 procent, meldde auotobranche-organisatie BOVAG-RAI donderdag.
Natuur en Milieu bevestigt de cijfers grotendeels. „Katalysatoren zijn erg effectief.” Maar de organisatie zet er wel een kanttekening bij omdat de meting toen en ook 23 jaar later nog niet optimaal is. „Er zijn aanwijzingen dat de reducties kleiner zijn dan wordt beweerd en dat de uitstoot indertijd groter was”, zegt een woordvoerder. Volgens hem wordt er veel te veel „gemiddeld” getest en te weinig op onderscheid in bijvoorbeeld stadsritten, ritten bergop of op een landelijke weg. „De huidige globale test vertegenwoordigt de emissies in de praktijk niet.”
Zweden, Nederland en de Duitse overheid zijn binnen Europa aanjagers van de uitgebreide testcyclus. Maar de industrie voert een stevige lobby tegen.
BOVAG-RAI noemt het opmerkelijk dat ook de uitworp van kooldioxide (CO2), een stof waarop een katalysator geen invloed heeft, ondanks het uitdijend autobezit omlaag gaat. CO2 komt met elke liter verstookte benzine naar buiten. De moderne auto’s zijn zuiniger en bovendien is de brandstof schoner geworden.
De industrie en de Europese Commissie hebben midden jaren ’90 afspraken gemaakt over zuiniger en schonere auto’s. Die afspraken liggen grotendeels op schema, een nieuwer model heeft weer een lagere uitstoot, meldt de autobranche.
Auto’ zijn intussen wel fors duurder geworden. Vorig jaar kostte een nieuwe gemiddeld 21.000 euro, vier jaar geleden was dat nog 18.000. De schatkist int daarvan ongeveer 35 procent, berekent BOVAG-RAI. De autopromotors voegen daaraan toe dat het Rijk dit jaar een kleine 15 miljard euro aan verkeersbelastingen incasseert in de vorm van BPM, accijnzen en BTW. Van dit bedrag gaat globaal slechts eenderde naar verbeteringen van rijkswegen, het spoor of andere infrastructurele projecten.