Dinsdag was het een jaar geleden dat de onderhandelingen van start gingen. In april liepen de Tamil Tijgers weg omdat zij vinden dat er te weinig wordt gedaan aan de wederopbouw in het door de burgeroorlog verwoeste noordoosten. De rebellen zeggen pas naar de onderhandelingstafel terug te keren als de regering hen in het noordoosten een interim-regering laat vormen met de politieke en financiële bevoegdheden om de eigen zaken te kunnen regelen.

Premier Ranil Wickremesinghe, die het vredesproces op touw heeft gezet, heeft niet de bevoegdheid om aan die eis van de rebellen tegemoet te komen. Met een krappe meerderheid van twee parlementszetels staat de premier bovendien politiek niet sterk. President Chandrika Kumaratunga, die bij een Tamil-aanslag een oog heeft verloren en de Tamil Tijgers wantrouwt, zet hem geregeld de voet dwars. De president staat aan het hoofd van de strijdkrachten en kan de regering afzetten.

Maandag haalde de president opnieuw fel uit naar premier Wickremesinghe. Die zou niets doen tegen de kampen die de rebellen hebben opgezet in de buurt van de oostelijke havenstad Trincomalee, waar zich een belangrijke marinebasis bevindt. Volgens de president zijn de kampen een gevaar voor de nationale veiligheid, omdat de rebellen ieder moment een aanval kunnen inzetten.

Premier Wickremesinghe zegt dat op één na alle kampen ofwel al waren opgezet voordat het staakt-het-vuren in februari 2002 van kracht werd, ofwel zich op rebellengebied bevinden. Hij beschuldigt Kumaratunga ervan maar iets te roepen om het vredesproces onderuit te halen.

De landen die op een donorconferentie in Japan hebben beloofd 4,5 miljard dollar voor de wederopbouw van Sri Lanka bijeen te brengen, hebben gezegd dat zij die belofte gestand zullen doen, maar waarschuwden wel dat betaling afhankelijk is van vooruitgang bij het vredesproces.

„Er moet nog veel meer worden gedaan om het proces onomkeerbaar te maken”, zegt de Japanse gezant Yasushi Akashi, die dinsdag uit Sri Lanka naar Japan terugkeerde.

Nu al heeft het staakt-het-vuren, dat ondanks het afbreken van de gesprekken in stand is gebleven, gezorgd voor een grote economische opleving in Sri Lanka. De toeristen stromen weer binnen, er wordt weer geïnvesteerd en de koersen op de beurs zijn nog nooit zo hoog geweest. „Al deze goede dingen vloeien voort uit één punt - vrede”, zegt Gamini Peiris, de onderhandelingsleider van de regering. De Tamils merken daar weinig van. „Er is geen normalisering, de mensen hebben geen banen en ze kunnen nog altijd niet naar huis”, zegt Tamil-onderhandelaar S. P. Thamilselvan.