De spotters in het laatste der dagen
„Te midden van de morele crisis van deze tijd kan er maar één noodkreet zijn: Waar blijft de belofte van Zijn komst? Wij zijn er zeker van dat Hij komt. Petrus schrijft echter in zijn zendbrief dat er in het laatste der dagen spotters zullen komen die met Zijn komst de spot zullen drijven. Maar één ding is zeker: Zijn komst zal vrede brengen.”
Dat zei ds. H. Schouten (Doorn) zaterdag op de toogdag van Het Zoeklicht in de Veluwehal te Barneveld. „Spot heeft altijd hen die de Heere liefhebben, vergezeld”, aldus de predikant. „Spot kan zo diep doordringen in de samenleving dat er geen herstel meer is. Vele media en het gehele world wide web zijn vervuld van spotternij. Maar wie spot met de komst van Jezus heeft zijn eigen leven niet lief. Wie spot, komt uit de afgrond. We moeten spotters tegemoettreden met liefde, daarbij moed en vasthoudendheid betonen. Het Evangelie van behoud moeten we doorgeven, want welzalig is hij die niet zit in de kring der spotters.”
De predikant riep de vele honderden bezoekers op de genadetijd niet tussen de vingers te laten doorglippen. „Petrus schrijft van de spotters dat zij naar hun eigen begeerlijkheden leven. Wat is uw begeerte, wat houdt u bezig? Staat de komst van de Heere Jezus centraal in uw leven?”
Verwachten en uitzien naar Zijn komst is volgens ds. Schouten de enige hoop voor deze wereld, in de knellende band van wanhoop. Er moet een ommekeer komen, een verandering van mentaliteit, een terugkeer tot de God van de Bijbel, zo hield hij zijn gehoor voor. Volgens de predikant is de morele crisis compleet. „De wereld, is gebonden aan het economisch monster. Velen hebben hun kop gestoken in de strop van de mammon. Er is een crisis in politiek leiderschap, en is er een geestelijke crisis waarvan de spot de kern vormt.
Hoe staat het met onze verwachting? Zien we uit naar Zijn komst, die misschien nog even duurt, of die mogelijk dichterbij is dan we denken? Als we met andere dingen bezig zijn, zou dat ook wel eens een ernstige vorm van spot kunnen zijn. We moeten, ieder persoonlijk, in het reine komen met Hem”, aldus ds. Schouten.
Ds. C. van Velzen uit Blaricum, hoofd van de afdeling Nazorg van de EO zei: „Geloven in Zijn komst wordt als kinderlijk gezien. Het is niet intellectueel om nog in de komst van de Heere Jezus te geloven. Men wil de realiteit van het Evangelie wegpoetsen. Maar laat je niet te snel imponeren door hen die niet geloven.”
De predikant haalde de woorden uit Petrus’ zendbrief aan, dat de Heere niet talmt met de belofte van Zijn komst, zoals sommigen suggereren, maar dat Hij lankmoedig is over ons. „Hij wil niet dat sommigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen. Hij is lankmoedig, traag tot toorn. Dat tekent de diepte van Zijn liefde. Ik geloof niet in de alverzoening, maar ik geloof wel dat het offer van Jezus Christus voldoende is voor iedereen. Er gaan mensen verloren. Zij komen niet tot hun doel. Jezus wil dat niet, want Hij wil dat alle mensen behouden worden en tot erkentenis van de waarheid komen. Als dat niet gebeurt, bedroeft dat God. Het gaat Hem aan Zijn hart. Er is droefheid in de hemel over hen die verloren gaan.”
God wil dat mensen gaan nadenken, tot bekering komen, zei ds. Van Velzen. Je mag hier niet weggaan voordat je weet tot bekering te zijn gekomen, zo hield hij de bezoekers voor. „God de Vader graaft door het beton van je leven heen, want Hij heeft een belofte gedaan. Hij is lankmoedig jegens ons. Hij wil niet dat we verloren gaan. Hij wil dat we tot bekering komen.”
Volgens evangelist Dato Steenhuis (Nijverdal) leven we in een antichristelijke tijd die gekenmerkt wordt door het loochenen van de Vader en van de Zoon. „Ook binnen de kerken wordt de naam van de Heere Jezus steeds minder genoemd. Om ons heen slaan chaos, demonie en onmacht toe. U hoort niet hier, u hoort daar waar de Heere Jezus plaats voor u bereid heeft, dat is in het huis van de Vader. Verlangt u naar Hem, verlangt u naar Zijn komst? Hem kennen is opwassen in de genade.”