Nederlandse en Belgische agent over grens actief
Nederland en België willen politieagenten meer over de landsgrenzen inzetten. Daarbij zou het moeten gaan om assistentie bij grote rampen, rellen of speciale evenementen als Europese topontmoetingen. Ook zou de politie voetbalsupporters vaste begeleiding kunnen geven bij internationale wedstrijden.
Beide landen gaan daarom een nieuw onderling politieverdrag opstellen, zo maakten minister Donner van Justitie en de Belgische minister van Binnenlandse Zaken Dewael vrijdag in Rome bekend in de marge van een informele ontmoeting van EU–bewindslieden.
De samenwerking borduurt voort op een tijdelijk akkoord voor het Europees kampioenschap voetbal van 2000, waarbij Nederlandse en Belgische agenten over de landsgrenzen heen supporters konden begeleiden.
Het is volgens Donner nadrukkelijk niet de bedoeling dat Belgische agenten in de toekomst Nederlandse burgers kunnen aanhouden. Ook zouden zij alleen wapens mogen dragen, maar deze niet gebruiken, tenzij een Belgische agent in Nederland wordt aangevallen.
De Belgische minister van Binnenlandse Zaken Dewael stelde vrijdag dat ook sprake kan zijn van aanhoudingen in Nederland door Belgische politiebeambten. Donner ontkende dit met klem. Als voorbeeld stelde hij dat België een beroep kan doen op Nederlandse agenten voor de Europese toppen van regeringsleiders, nu die allemaal in Brussel gaan plaatsvinden.
Om de strijd tegen vooral drugsbendes, XTC–laboratoria en gewapende overvallers in de Nederlands–Belgisch–Duitse grensregio tegen te gaan, komt er een gezamenlijk politiecommissariaat in Heerlen. Ook dat is vrijdag in Rome overeengekomen. Dit commissariaat zou bij een overval in het ene land een wegversperring in een ander land kunnen regelen. Politiemensen uit de drie landen moeten dit knooppunt bemannen.
Details hierover moeten de drie landen nog uitwerken. Vooral Dewael dringt erop aan dat zowel commissariaat als de Nederlands–Belgische politiesamenwerking volgend jaar al operationeel zijn. Donner sprak zich vrijdag niet uit over een datum.
Wel pleiten beide bewindslieden ervoor Luxemburg bij de samenwerking te betrekken. „Als Benelux kunnen we zaken op de agenda zetten", aldus Donner. „Dan hoeven we het onderling nog niet altijd eens te zijn. Maar in een groter wordend Europa van straks 25 landen kunnen we Europese samenwerking op het terrein van politie en justitie juist op deze manier vorm geven."
Na het verdwijnen van de Europese binnengrenzen vanaf 1995 mogen agenten uit de ene lidstaat al burgers achtervolgen tot maximaal 100 kilometer in een ander land. Volgens Donner zijn die afspraken echter behoorlijk verslapt. „Op deze manier moeten we weer nieuwe impulsen geven."
België kent overigens nu al een moeizaam verlopende politiesamenwerking met Frankrijk, in de strijd tegen de grenscriminaliteit in de relatief welvarende regio West–Vlaanderen. Die samenwerking stuit op onwil bij politiemensen en technische moeilijkheden als ongelijke radiofrequenties. Via regelmatig overleg tussen hoge Nederlandse en Belgische politiefunctionarissen willen Donner en Dewael dergelijke problemen ondervangen.