Dat staat in een brief die staatssecretaris Van Geel van Milieu en minister Veerman van Landbouw donderdag naar de Tweede Kamer hebben gestuurd.

Ze komen met deze richtlijnen om schadelijke gevolgen van de uitstoot van ammoniak zo veel mogelijk tegen te gaan. In een straal van 1,5 kilometer rond de zones van 500 meter mag de uitstoot van ammoniak door bedrijven bovendien niet meer toenemen.

Het aantal gebieden waarvoor de eisen gelden neemt overigens wel af. Van Geel en Veerman richten zich alleen op de in hun ogen „zeer kwetsbare natuur.” Bijvoorbeeld naaldbossen vallen daar volgens hen buiten, tenzij zich daar bijzondere korstmossen of paddestoelen bevinden. De beperking van het areaal waar de richtlijnen gelden, was een wens van de Tweede Kamer.

Natuurorganisaties zijn woedend over de plannen van Van Geel en Veerman. Onder meer Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, stichting Natuur en Milieu en alle provinciale milieufederaties zijn „verbolgen” over het nieuwe ammoniakbeleid. Ze vrezen dat gevoelige planten en dieren zullen verdwijnen, omdat het kabinet een groot deel van de natuurgebieden „niet meer beschermt tegen verzuring en overbemesting door ammoniak.” „Dit is een grote stap achteruit in het natuurbeleid”, zegt woordvoerder Gijs Kuneman van de stichting Natuur en Milieu.

De bewindslieden schrijven in hun brief aan de Kamer dat zij „de lijn van de vorige kabinetten voortzetten”, maar volgens Kuneman klopt dat niet. „Voorheen beschermde het kabinet 80 procent van de natuur tegen verzuring. In de nieuwe plannen is dat nog maar 20 procent.” Hij denkt dat de beleidswijziging te wijten is aan de wens van de Tweede-Kamerfracties van CDA en VVD om het ammoniakbeleid aan te passen.

Kuneman, die ook spreekt namens de andere natuurorganisaties, vindt daarentegen wel dat het beleid rond kwetsbare natuurgebieden, een ander onderdeel van de plannen van het kabinet, „stevig is geregeld.”