Dat gebeurde ongeveer zeven jaar geleden tijdens twee partijbijeenkomsten van de CP’86. De uitspraak is conform de eis.

In 1999 werd de Haagse rechts-extremist al voor deze feiten veroordeeld door het gerechtshof in Den Haag, maar de Hoge Raad oordeelde dat de bewijsvoering in dat arrest ondeugdelijk was. De rechters in Amsterdam moesten de zaak opnieuw bekijken en komen nu met een veroordeling.

In het Dynamische Partycentrum in Rotterdam en café ’t Sterretje in Schiedam hield oud-voorzitter Glimmerveen van de Nederlandse Volks Unie (NVU) begin november 1996 racistisch getinte redevoeringen. Ook zou hij hebben gezegd dat het afgelopen moest zijn met de Joodse overheersing van de Nederlandse partijen.

Glimmerveen erkende de uitspraken, maar achtte zichzelf onschuldig omdat deze op besloten bijeenkomsten zouden zijn gedaan. Zowel de rechtbank als het hof stelde echter dat de strafbare uitlatingen in het openbaar zijn gedaan. De media waren bij de bijeenkomsten ruimschoots vertegenwoordigd. Tijdens de tweede bijeenkomst zou Glimmerveen een aantal journalisten persoonlijk hebben toegelaten. Ook een ordedienst blijkt geen journalist te hebben tegengehouden.

Glimmerveen werd tijdens het proces niet bijgestaan door een advocaat. Hij vond dat het proces tegen hem veel te lang had geduurd. Hij verklaarde verder niet de minste spijt te hebben van zijn uitlatingen.