Kerk & religie

Geneeskrachtig

Hooglied 1:3b

6 September 2012 08:03Gewijzigd op 14 November 2020 23:01

„Uw Naam is een olie die uitgestort wordt.”

Hielden de hardheid van hart, de laffe slapheid, de wrokkende ziel, de lauwheid van iemand, ooit stand voor het aangezicht van deze heilzame Naam? Als misschien iemands tranenbron eens uitdroogde, bij wie stroomde hij niet terstond bij de aanroeping van Jezus veel rijker en vloeide hij niet nog zoeter? Wie kreeg, zodra hij deze machtige Naam aanriep –sidderend en vrezend in gevaren– niet dadelijk weer vertrouwen en verdreef zo niet alle vrees? Bij wie, vraag ik u die brandde en dobberde van twijfel, klaarde niet plotseling, bij de aanroeping van deze heerlijke Naam, de zekerheid op? Aan wie werd, die in tegenspoed de moed liet zakken of inderdaad al bezweek, bij het klinken alleen al van deze heilzame Naam, de kracht onthouden? Werkelijk, voor de ziekten en gebreken der ziel is die Naam hun medicijn.

Dat laat zich ook bewijzen. De Heere zegt immers: „En roep Mij aan in de dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen en gij zult Mij eren” (Psalm 50:15). Niets bedwingt dan zo gemakkelijk toorn, hoogmoed, hartstocht, hebzucht en alle oneerbaarheid. Wanneer ik Jezus Mens noem, stel ik mij Hem voor als „zachtmoedig en nederig van hart” (Mattheüs 11:29), goedertieren medelijdend, Die in alle eerbaarheid en heiligheid uitblinkt. Ik stel Hem mij bovendien voor ogen als de almachtige God Zelf, Die mij door Zijn voorbeeld geneest en daadwerkelijk helpt.

Bernardus van Clairvaux (1091-1153) ”Het Hooglied”

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer