Binnenland

Aholdtopman Gerrit Jan Heijn werd 25 jaar geleden ontvoerd en vermoord

Een van de opzienbarendste ontvoeringszaken in Nederland was zonder twijfel die van Gerrit Jan Heijn. Vanaf 9 september 1987, volgende week zondag 25 jaar geleden, beheerste de kidnap door Ferdi E. zeven maanden lang het nieuws. Een reconstructie.

Bert Monster

1 September 2012 08:03Gewijzigd op 14 November 2020 22:57
Ferdie E. draait op zijn gemak een sigaretje tijdens een reconstructie van de ontvoering in Bloemendaal. Foto ANP
Ferdie E. draait op zijn gemak een sigaretje tijdens een reconstructie van de ontvoering in Bloemendaal. Foto ANP

Het is woensdagochtend vroeg, 9 september 1987. De 45-jarige werkloze ingenieur Ferdi E. rijdt vanuit zijn Noord-Hollandse woonplaats Landsmeer in een gestolen Fiat naar Bloemendaal. Onderweg vermomt hij zich met een valse snor, alpinopet en bril. Onder zijn jas draagt hij een doorgeladen geweer met afgezaagde loop. Ferdi E. laat de auto achter op een parkeerplaats en posteert zich vlak bij de woning van zijn doelwit, Gerrit Jan Heijn (56).

De vicevoorzitter van de raad van bestuur van supermarktbedrijf Ahold stapt bij zijn villa aan de Saxenburgerlaan in zijn Audi voor een bezoek aan de tandarts. Althans, dat is de bedoeling. In een fractie van enkele seconden duikt er een schim naast zijn auto op, trekt het portier open en neemt plaats op de passagiersstoel. Met zijn geweer houdt Ferdi E. zijn slachtoffer onder schot. Verderop stapt het duo over in de Fiat Uno.

De ontvoerder geeft Heijn de opdracht om naar de bossen in de buurt van het Gelderse Deelen te rijden. In de loop van de dag maken ze diverse wandelingen door de natuur. Het slachtoffer moet onder dwang diverse bandjes inspreken die Ferdi E. later zal gebruiken om zijn eis om losgeld en diamanten kracht bij te zetten. Een vluchtpoging van Heijn, die bij een grote weg een autobus probeert aan te houden, mislukt.

Plan

De werkloze Ferdie E. wil een rekening vereffenen met enkele voormalige collega’s van een prestigieus werkgelegenheidsproject in Nijmegen en heeft daarvoor veel geld nodig. Hij heeft het zwaargesubsidieerde project in 1982 zelf opgezet, maar door onenigheid over de koers flopt het in 1985. De ingenieur komt in de WW terecht.

Een zakenrelatie uit Bloemendaal heeft hem eens verteld dat in die plaats ook Gerrit Jan Heijn, topman van het Aholdconcern, woont. In het telefoonboek zoekt hij het adres op. Heijn wordt nauwelijks bewaakt. Een chauffeur wil hij niet en van elektronische bewaking van zijn tuin moet hij ook niets hebben.

IJsklontjes

Terug naar 9 september. Omstreeks halftien die avond geeft de ontvoerder uit Landsmeer de Aholdtopman opdracht om naar de omgeving van Renkum te rijden. In het bos, zo zegt Ferdie E. tegen zijn slachtoffer, zal een kompaan van hem klaarstaan om Heijn over te nemen. Het slachtoffer volgt zijn ontvoerder nietsvermoedend het donkere bos in. Niet veel later haalt Ferdie E. in luttele seconden zijn wapen tevoorschijn, plaatst de geluiddemper en schiet Heijn van dichtbij in het achterhoofd.

Dodelijk getroffen stort de topman van Ahold neer. Koel en berekenend pakt Ferdie E. de bril van het hoofd van zijn slachtoffer en snijdt bovendien diens pink eraf. De vinger stopt hij in een thermosfles die is gevuld met ijsklontjes. Het lichaam begraaft hij in een vooraf gegraven kuil in de bosgrond. Ferdie E. rijdt naar Amsterdam, waar hij de Fiat in het IJ dumpt.

Een dag later komt de crimineel thuis. Zijn vrouw, die hem als vermist had opgegeven bij de politie, trekt haar melding in. Ferdie E., vader van drie kinderen, hervat zijn leven alsof er niets is gebeurd.

Intussen staan de telefoons in huize Heijn in Bloemendaal en in het Zaanse kantoor van Ahold roodgloeiend. Niemand weet waar Heijn is. De politie zoekt met speurhonden en helikopters naar sporen van de vermiste Aholdtopman.

Als de kranten melden dat Heijn zoek is, krijgt de politie brieven binnen van mensen die claimen achter de kidnap te zitten. Een brief met daarbij een cassettebandje waarop Heijn de ontvoering bevestigt, schept duidelijkheid. Gedragsdeskundigen van de politie bestuderen het schrijfsel en ook de dertien boodschappen die in de daaropvolgende weken worden gestuurd. Hun conclusie luidt dat een goed georganiseerde bende achter de ontvoering zit.

De ‘ontvoerders’ waarschuwen de familie Heijn dat publiciteit rond de kidnap niet ten goede komt aan de veiligheid van hun geliefde. In overleg met de politie besluit de familie om de brieven te beantwoorden via advertenties met codeboodschappen van Maria aan Johan in landelijke dagbladen. Politie en justitie stellen een informatiestop in.

Pink

Ferdie E. eist geld en edelstenen voor in totaal 7,7 miljoen gulden (circa 3,5 miljoen euro). Via advertenties laat de familie Heijn weten dat ze het geld klaar heeft liggen, maar dat de diamanten niet zo snel beschikbaar zijn. De losgeldeis gaat omhoog. Bovendien krijgt de familie de bril van Heijn thuisgestuurd met de mededeling dat de man voor straf niet meer zal kunnen lezen. De familie laat zich niet van de wijs brengen.

De ontvoerder pikt zo veel halsstarrigheid niet en stuurt per post de afgesneden pink naar het thuisfront. In het briefje dat is bijgevoegd staat te lezen: ”Voorlopig kan hij geen piano spelen, maar de wond geneest goed”.

De familie vraagt om een levensteken van Heijn, maar krijgt dat niet. Toch maakt ze een afspraak voor de aflevering van het losgeld. Een Ahold­medewerker met de codenaam Rosa zal de duiten vervoeren. Hij moet op 12 november in het Amsterdamse Okurahotel op een telefoontje met instructies wachten. Mocht dat niet lukken, dan zal de afspraak een dag opschuiven. Het gaat mis.

E. belt te laat. Zijn telefoontje voor „de heer Rosa” wordt echter wel op band opgenomen. Ferdi E. meldt zich pas twaalf dagen later weer. Rosa krijgt de opdracht een deel van het losgeld en diamanten bij een viaduct onder de A12 bij Wolfheze achter te laten. Hij volgt het bevel op 27 november op en vindt op de plek waar hij een deel van het losgeld achterlaat een briefje aan een klinker die hem naar een filiaal van de Albert Heijn in Arnhem stuurt. Daar zullen verdere telefonische instructies volgen. Rosa komt echter te laat in de winkel, die al op slot is.

Intussen speelt zich bij het viaduct ter hoogte van hectometerpaaltje 177,5 een onthutsend schouwspel af. Terwijl een enorme politiemacht met behulp van moderne apparatuur aast op de auto van de ontvoerder(s), komt de werkelijke dader op de fiets. De politie heeft in de verste verte niet aan die mogelijkheid gedacht. Daardoor slaagt Ferdie E. erin om ongezien de diamanten en bankbiljetten onder de neus van de dienders weg te kapen.

Knullig

De familie Heijn hoort na de overdracht van het geld en de diamanten niets meer. Hank, de vrouw van Heijn, doet op 30 november en 3 december een emotionele oproep op tv. Van de ‘ontvoerders’ krijgt ze de belofte dat haar man met Kerst weer thuis zal zijn. Daarna wordt het echter doodstil. De zaak zit muurvast. Eind december besluit justitie de zaak helemaal open te gooien. Twaalfduizend tips stromen er binnen, maar resultaat blijft uit.

Uiteindelijk is het Ferdie E. zelf die door een knullige fout de politie op zijn spoor zet. Bij de dagelijkse boodschappen in zijn woonplaats betaalt de Lands­meerder met briefjes van 250 gulden. Een oplettende bankmedewerker onderschept de gemerkte briefjes en alarmeert de politie, die de verdachte uit Landsmeer een tijd lang observeert. De politie gaat er nog steeds van uit dat de man hoogstens een klein schakeltje kan zijn in een crimineel netwerk dat achter de kidnap zit.

Op 6 april 1988 valt een arrestatieteam in alle vroegte de woning van Ferdie E. binnen. Alle leden van het gezin, inclusief twee toevallig aanwezige logés, worden van hun bed gelicht en ingerekend. De Landsmeerder bekent nog diezelfde middag. De bewijzen liggen voor het oprapen. Het moordwapen wordt in de sloot achter het huis gevonden, het grootste deel van het losgeld ligt in de kelder onder de woning en onder de mat van de auto. Bovendien blijkt uit aantekeningen in zijn agenda dat Ferdie E. de ontvoering tot in de puntjes heeft voorbereid.

Niet lang na zijn bekentenis leidt Ferdie E. de politie naar het graf van Heijn in de bossen bij Renkum. Het duurt nog zo’n twee weken voordat politie en justitie uiteindelijk geloven dat de Landsmeerder de kidnap in zijn eentje uitvoerde. Hij krijgt in december 1988 twintig jaar gevangenisstraf en tbs opgelegd.

Dertien jaar later, in 2001, komt Ferdie E. vrij. Hij verandert zijn naam in Paul en verhuist met zijn vrouw naar het Gelderse Ruurlo. In augustus 2009 komt de moordenaar en ontvoerder jammerlijk aan zijn eind. Tijdens een fietstochtje wordt hij bij Vorden geschept door een graafmachine. Ferdie E. (66), alias Paul, blaast onderweg naar het ziekenhuis zijn laatste adem uit.


„Ferdie E.’s daad getuigt van een satanisch berekenend gedrag”

Kees Sietsma, tegenwoordig eigenaar van een beveiligingsbedrijf, was als commissaris van de politie in Amsterdam destijds nauw betrokken bij de opsporing rond de ontvoering van Gerrit Jan Heijn.

Waarom dacht de politie zeven maanden lang dat ze met een bende te maken had?

„Bij ontvoeringen zijn in de meeste gevallen meerdere mensen betrokken. Dat feit werd gesteund door verklaringen van gedragswetenschappers. Zij analyseerden de teksten en brieven die Ferdie E. opstelde en concludeerden dat ze door meerdere personen geschreven moesten zijn. Bovendien was niemand getuige geweest van de ontvoering.”

Waarom werden andere mogelijkheden, zoals een dader die in zijn eentje opereert, niet onderzocht?

„Uiteraard werden wel degelijk alle mogelijkheden onderzocht. Maar op een gegeven moment ga je in de opsporing uit van het meest waarschijnlijke. Achteraf hebben de gedragsdeskundigen het bij het verkeerde eind gehad. Uitzonderlijk is dat zeker niet.”

Zou de opsporing van Heijn en zijn ontvoerder tegenwoordig meer kans van slagen hebben gehad?

„De politie beschikte destijds nog niet over de moderne middelen van nu, zoals computers, software en niet te vergeten DNA. Ik sluit niet uit dat de opsporing sneller en efficiënter was verlopen met de huidige mogelijkheden, maar dat kun je achteraf nooit met zekerheid stellen.”

Wat heeft de zaak met u als mens gedaan?

„Het was een zeer uitzonderlijke zaak die nauwelijks voorkomt en een geweldig grote impact op de familie Heijn had. Als politieman heb ik een grote teleurstelling moeten slikken. Twee doelen hebben we gehaald: de dader pakken en het losgeld terugkrijgen. Maar in het belangrijkste doel, de heer Heijn levend terugbrengen, hebben we gefaald. En dat is moelijk te verteren. Ook al bleek later dat het sowieso onmogelijk was geweest om Heijn levend terug te krijgen, omdat de dader ons dat niet gunde en zijn slachtoffer diezelfde avond al had vermoord.”

Wie was Ferdi E.?

„Hij was iemand die zijn gevoelens volledig kon uitschakelen. Je kunt een plan hebben om iemand te ontvoeren, maar als die persoon tegenover je staat en je bouwt een bepaalde vertrouwensband op met je slachtoffer, dan kan het erg lastig zijn om je daad ook daadwerkelijk uit te voeren. Ferdie E. maakte op de dag van de ontvoering vriendschappelijke wandelingen met Heijn en draaide sjekkies voor hem. En dan opeens schiet hij hem van achteren dood. Ik heb daar geen goed woord voor over. Zijn daad getuigt van een satanisch berekenend gedrag. Ferdie E. wilde geld om de huurmoordenaar van zijn vroegere drie kompanen te betalen en met de diamanten wilde hij zijn vlucht naar Thailand bekostigen. Zijn plan voerde hij met kille precisie ‘gewoon’ uit.”

Wat deed het u toen u in 2009 hoorde dat Ferdie E. was verongelukt?

„Niets. Ieder mens sterft een keer, ook de heer Ferdie E. Gerechtigheid wordt nooit verworven door iemands dood. De moordenaar en ontvoerder heeft straf gehad. Daarmee is de boel gladgestreken.”

Klik hier voor een chronologisch overzicht van artikelen over de zaak Heijn en Ferdi E.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer