Tienjarige voedselbank nodigt iedereen aan tafel
HUIZEN – Brood, houdbare melk, macaroni, koffie. Zo’n 35.000 gezinnen met een smalle beurs krijgen wekelijks een pakket van de voedselbank. Hun aantal stijgt, al tien jaar.
Wat in 2002 in Rotterdam begon als een initiatief van het echtpaar Sjaak en Clara Sies groeide in tien jaar uit tot een netwerk van 135 lokale voedselbanken. Verspreid over het land zorgen 6200 vrijwilligers ervoor dat duizenden gezinnen die lijden aan (verborgen) armoede wekelijks een steuntje in de rug krijgen.
De koepelorganisatie Voedselbanken Nederland vindt het 10-jarig bestaan geen reden voor feest, maar wil het ook niet ongemerkt voorbij laten gaan. Vanmiddag gaf ze bij Voedselbank Gooi & Omstreken in Huizen de aftrap van een reeks jubileumactiviteiten.
Onder het motto ”Iedereen aan tafel” staat een serie van acht regionale debatten op het programma. Rotterdam heeft op 10 september de primeur met een ontbijtdebat. Hiervoor worden mensen uit de politiek, het sociaal-maatschappelijk werk, het bedrijfsleven en de financiële wereld uitgenodigd. Aan het eind van de reeks volgt een landelijk slotdebat, zegt woordvoerder Harrie Timmerman.
Wat is het doel van de debatten?
„We willen, onder meer bij de politiek, aandacht vragen voor thema’s die met armoede en verspilling in Nederland te maken hebben. Ook hopen we dat de bijeenkomsten eraan bijdragen dat meer bedrijven hun overtollige voedsel afstaan aan de voedselbank.”
Is er verschil tussen de eerste en de huidige afnemers van de voedselpakketten?
„Het gaat nog steeds om mensen die ver onder het bijstandsniveau leven. Alle aanvragers worden daarop gescreend. Wat wel opvalt is dat de laatste jaren steeds vaker mensen uit het midden- en kleinbedrijf en zzp’ers een beroep op ons doen.”
Het aantal mensen dat hulp vraagt stijgt nog steeds sterk. Hoe verklaart u dat?
„De afgelopen jaren groeiden we met zo’n 20 procent per jaar. Op dit moment bedraagt de groei 5 tot 10 procent per maand. Dat heeft alles met de economische situatie te maken. Het aantal werklozen blijft bijvoorbeeld toenemen, terwijl voor veel mensen de lasten stijgen. Ook merken we dat het taboe op het aankloppen bij de voedselbank langzaam maar zeker afneemt. Dat speelt ook mee bij de toename van de hulpverzoeken.”
In welke gebieden is de nood het grootst?
„We hebben acht regio’s die het hele land dekken. Rond de grote steden zitten de meeste hulpvragers. Verder gaat het echt om het hele land. We zitten in Oost-Groningen, dat vanouds bekendstaat als een gebied waar wat meer armoede voorkomt, maar ook in het Gooi, waar over het algemeen de rijkere burgers wonen. Ook daar vallen mensen tussen wal en schip.”
Lukt het bij een sterke groei nog steeds alle pakketten wekelijks goed gevuld te krijgen?
„We kunnen de inhoud redelijk op peil houden, hoewel het aanbod van voedsel op sommige plaatsen wel eens stagneert. Nog steeds komt maar een klein percentage van de overproductie in Nederland bij ons terecht. We gaan daarom bij bedrijven langs met het verzoek hun overschotten niet te dumpen maar aan ons af te staan.”
Hoe ziet de voedselbank er over tien jaar uit?
„Je weet waar je begint, maar je weet niet waar je eindigt. De afgelopen vijf jaar is het aantal cliënten bijna verdubbeld. Ik hoop niet dat er nóg eens een verdubbeling komt.”
Klik hier voor een interview met de oprichter van de voedselbank uit 2006.
Klik hier voor een reportage over de voedselbank uit 2003.
Klik hier een artikel over een budgetcursus voor afnemers voedselbank uit 2009