Kerk & religie

Geschokte kerkelijke reacties na moord op ir. Hilkemeijer

DELFT – Terwijl de Gereformeerde Gemeenten de opening van hun eerste zendings­terrein voorbereidden, verloren ze plotseling een van hun adviseurs. Ir. A. M. Hilkemeijer werd in 1961 tijdens een inspectietocht op Nederlands-Nieuw-Guinea vermoord. In kerkelijke bladen werd geschokt gereageerd op het overlijden van de 32-jarige bestuursambtenaar.

L. Vogelaar
13 August 2012 21:28Gewijzigd op 14 November 2020 22:38
De lustrumcommissie bij het vijfjarig bestaan van de CSFR in 1956. Van links naar rechts: A. M. Hilkemeijer, L. van der Waal, G. Verweij, H. Paul en G. van de Gruiter. foto G. Verweij
De lustrumcommissie bij het vijfjarig bestaan van de CSFR in 1956. Van links naar rechts: A. M. Hilkemeijer, L. van der Waal, G. Verweij, H. Paul en G. van de Gruiter. foto G. Verweij

Andries Machiel Hilkemeijer, Arnhemmer van geboorte, was tijdens zijn studie in Delft actief in de studentenvereniging CSFR. „Hij wees me de weg in de Drie Formulieren van Enigheid”, herinnert ir. W. van de Kamp zich. „We bezochten samen de diensten van de gereformeerde gemeente in Delft. In de weken dat we niet naar onze ouders konden, ging ik de ene zondag bij hem koffiedrinken, de andere zondag kwam hij bij mij. Ik bewaar daar heel goede herinneringen aan. Andries was zeer behoudend. Hij was wat rustiger dan ik; hij leerde me discussiëren. Hij reikte me literatuur aan waarmee ik mijn kennis kon vergroten. In zijn kosthuis, Hof van Delftlaan 93, las hij het dagboek ”Zien op Jezus” van Ambrosius voor. Daarom werd hij Vader Ambrosius genoemd.”

Voormalig CSFR-preses drs. G. Verweij typeert Hilkemeijer als „rustig, bedachtzaam, uiterst betrouwbaar. En behoudend. Er stapten nogal wat studenten uit de Gereformeerde Gemeenten over naar de Hervormde Kerk, maar hij maakte die keuze niet.”

Hilkemeijer werkte na zijn studie in Vlissingen, maar vertrok in 1960 naar Nieuw-Guinea. J. J. Bos stelde later in jongerenblad Daniël de vraag wat christenen voor de wereld betekenen. „Onze gedachten gaan in dit verband uit naar wijlen ir. A. M. Hilkemeijer, die een veelbelovende carrière in Nederland neerlegde om in Ned. Nieuw-Guinea –vaak onder moeilijke omstandig­heden– iets te mogen tonen van: Gij zijt het zout der aarde.”

In juli 1961 was Hilkemeijer in Nederland vanwege het overlijden van zijn vader. Hij sprak met de zendingsdeputaten van de Gereformeerde Gemeenten, en die notuleerden: „In het gesprek dat met hem gehouden werd, kwamen zeer belangwekkende gegevens openbaar, die de deputaten bevestigden in de mening dat Nieuw-Guinea het aangewezen zendingsterrein voor onze gemeenten is.”

„Wat was het hem tot een blijdschap, toen hij vernam dat onze gemeenten als zendingsterrein Nieuw-Guinea hadden gekozen”, schreef ds. H. Rijksen –nadat Hilkemeijer tijdens een patrouille in het oerwoud was vermoord– in De Saambinder, het weekblad van de Gereformeerde Gemeenten. „Vlak voordat hij zelf uitging als bestuursambtenaar, mocht ik, samen met kandidaat Kuijt, hierover nog een langdurig gesprek met hem hebben, waarin wij samen overlegden de mogelijkheden, die hier voor onze zending lagen. Hij is ook de eerste geweest die ter plaatse het moderamen van de Evangelisch Christelijke Kerk op Nieuw-Guinea van onze plannen op de hoogte heeft gesteld en met dit moderamen namens ons als zendingsdeputaten aanvankelijk overleg heeft gepleegd over het te bearbeiden gebied.

Enkele maanden geleden was hij weer in ons land. Ook toen weer hebben wij met hem gesproken en ook als zendingsdeputaten een vergadering met hem mogen hebben, waarbij hij ons verschillende zeer waardevolle adviezen gaf. Nu is dan plotseling op zulk een tragische wijze een einde gekomen aan zijn leven. Hij was nog maar 32 jaar oud. Hij heeft het begin van de arbeid van ons zendingsteam op Nieuw-Guinea, waarnaar hij zo uitzag, niet meer mogen meemaken. Gods weg is in het heiligdom, en Zijn pad door diepe wateren. Er is genade nodig om ook in deze smartelijke en voor ons raadselachtige wegen Zijn doen te aanbidden, en te geloven dat Hij Zich nooit vergist.

Ons meeleven gaat uit naar de jonge weduwe, die met haar twee kinderen, waarvan de jongste vier maanden oud is, zo eenzaam achterblijft. Waar menselijke troost hier zo ontoereikend is en zo machteloos staat, moge de Heere Zelf haar tot een vertroosting zijn en haar doen ervaren, dat Hij alle dingen kan goed maken met Zichzelf.”

Een maand later schreef 
De Waarheidsvriend, orgaan van de Gereformeerde Bond, over de drang om koloniën te verzelfstandigen: „Hoezeer die volken de vrijheid gegund zij, zijn ze rijp om ze te ontvangen? Geeft de Kongo niet genoegzaam de dwaasheid van een snel zelfstandig-worden, terwijl de stammen het niet kunnen dragen, te zien? En hoe zal het in Nieuw-Guinea gaan, bij een zelfstandigheid op korte termijn? De bevolking is er, dacht ik, niet rijp voor, ondanks dat sommigen het anders zien. De nog altijd niet-verklaarde moord op ir. Hilkemeijer –een verlies voor de zijnen, doch ook voor de Geref. Gemeenten, die voor hun zendingsactie in Nieuw-Guinea in hem een zeer te waarderen adviseur hadden– zegt ook iets!”

Op diezelfde dag verscheen De Saambinder, waarin ds. L. Rijksen terugblikte op het achterliggende jaar: „In dit verband memoreren wij ook het zeer tragische verscheiden van de zo hoog geachte ir. A. M. Hilkemeijer in Nieuw-Guinea. In het midden van zijn werk op zulk een schrikkelijke wijze zo ineens weggerukt uit het land der levenden. Onze gedachten gaan uit naar zijn geliefde vrouw en kinderen, die in zulk een droeve omstandigheden achterblijven.”

Klik hier voor artikelen over Nieuw-Guinea in Digibron.

Meer over
Nieuw-Guinea

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer