Zorgafdeling Katwijk lijkt soms net een klein kerkje
KATWIJK AAN ZEE – Dinsdagmiddag in woon-zorgcentrum Duinrand in Katwijk aan Zee. Vijf dementerende vrouwen en een predikant zitten rond de tafel. Een blad met psalmen en liederen voor zich; een kopje thee bij de hand. Ds. P. Zeedijk (61): „We lijken wel een klein kerkje zo.” „Nou, ik vind het wel een beetje anders hoor.”
De vislucht van de warme maaltijd hangt nog in de gangen van verzorgingshuis Duinrand. Vijf vrouwen zitten aan een grote eikenhouten tafel in de huiskamer van de psychogeriatrische (pg) afdeling Meerzorg klaar voor de komst van ds. P. Zeedijk. Hij is pastor bij de zorgorganisatie DSV|Verzorgd leven, waar Duinrand onder valt.
De hervormde predikant geeft iedereen een hand, maakt een praatje, deelt een blad met psalmen en liederen uit en zet in met het eerste vers. „God heb ik lief, want die getrouwe Heer.” Vijf oude, ietwat beverige stemmen volgen. Een papier hebben deze vrouwen eigenlijk niet nodig. Ze kennen alle liederen uit het hoofd. Geleerd op de lagere school of in de kerk.
„Groter dan de Helper is de nood toch niet”, klinkt het een paar verzen later. „Wat een rijke troost, hè?” zegt ds. Zeedijk. Een van de bewoonsters vindt het allemaal zo makkelijk niet. „Soms denk je eerder dat het andersom is. Mijn man is vorig jaar overleden. Hij had de ziekte van Parkinson. Hij was altijd zo groot en sterk”, verzucht ze. Ds. Zeedijk: „Soms maken gelovigen een moeilijke tijd op aarde door. Ondanks dat ze zelf soms geen uitkomst zien, helpt God hen. Dat is een wonder.”
Ds. Zeedijk is elke dinsdagmiddag te vinden in Meerzorg om te zingen en uit de Bijbel te lezen met de ouderen van de pg-afdeling. In oktober 2011 is hij vanuit de classis Katwijk van de Protestantse Kerk in Nederland bevestigd als pastor voor de bewoners van de vier woon-zorgcentra van DSV|Verzorgd leven. De jaren daarvoor was hij gemeentepredikant, onder andere in Stavenisse. Daar werkte hij voor één dag in de week in verzorgingshuis De Schutse in Sint Annaland.
Wat trekt hem aan in het ouderenpastoraat? „Als predikant in een verzorgingshuis kun je de tijd nemen voor levens- en geloofsvragen. Vaak heb je met ouderen geen theologische discussies, maar is het voldoende om een stukje uit de Bijbel te lezen en hun zorgen bij de Heere in het gebed te brengen. Dat geeft hun rust.”
Desondanks vond ds. Zeedijk het niet eenvoudig om na 23 jaar afscheid te nemen van het gemeentewerk. „Ik mis het preken op zondag en het hebben van een eigen gemeente. In zeker opzicht is dit werk een versmalling. Maar dit is een beetje mijn gemeente geworden. De mensen kennen me en zijn inmiddels eigen met me.”
Zijn werk bestaat hoofdzakelijk uit het brengen van pastorale bezoeken aan de bewoners van de vier locaties. „Bijna 100 procent van de ouderen vindt het fijn dat ik kom. Het merendeel van de bewoners heeft een christelijke opvoeding gehad en is kerkelijk betrokken.” Een afwijzing van een gesprek heeft hij dan ook slechts één keer meegemaakt. „Ik krijg volop de ruimte om de Heere Jezus Christus als Heiland en Verlosser ter sprake te brengen.”
De zorg voor demente bejaarden is een kerntaak van ds. Zeedijk. „Het is elke keer weer een uitdaging om aan te sluiten bij wat voor hen herkenbaar is. Belangrijk is dat je beseft dat de mens een ziel heeft. Dat laatste merk je heel vaak bij het zingen. Dan komt terug wat Gods Geest heeft gewerkt.”
Laatst kwam hij een vrouw op de gang tegen. Ze zei tegen de predikant: „Als ik u zie, moet ik altijd aan God denken.” Lachend: „Ik ben ook maar een klein mensje dat uit het geloof moet leven, maar het is mooi als bewoners iets van de vertegenwoordiging van God in je spreken mogen zien.”
Wat kan de predikant de mensen bieden? „Het begint met aandacht, met luisteren. De overgang naar een gesprek over geloofsvragen gaat dan vaak heel vloeiend. Dat je met z’n tweeën bent, schept een zekere vertrouwelijkheid. Bovendien zijn de meeste bewoners erg bezig met het geloof. Met sommigen zing ik wel eens samen een psalm. Dat kan gewoon, daar generen ze zich niet voor.”
De mooiste momenten zijn voor ds. Zeedijk als hij met een bewoner een fijn geestelijk gesprek heeft en de zorgen van diegene samen bij de Heere kan brengen. Ooit maakte hij mee dat hij op iemands sterfbed een psalm zong en dat de stervende meezong. „Heel ontroerend.”
Vindt hij het niet moeilijk om altijd te worden geconfronteerd met ziekte, rouw en verdriet? „Bij dit werk ben ik heel sterk de eindigheid en de broosheid van het leven gaan beseffen. Alle ouderen zeggen: „Wat gaat het leven toch snel.” Het contact met hen leert mij relativeren.”
Dit is het vijfde deel in een serie over pastoraat in de gezondheidszorg. Volgende week donderdag deel 6.
Het blijkt niet eenvoudig om te achterhalen hoeveel protestants-christelijke verzorgings- en verpleeghuizen Nederland telt.
De Protestants Christelijke Ouderenbond (PCOB) verwijst naar Reliëf, een christelijke vereniging van zorgaanbieders. Die blijft het antwoord schuldig. Het ministerie van Volksgezondheid heeft de cijfers evenmin.
Actiz, de organisatie van zorgondernemers, kan wel helpen. Volgens communicatiemedewerker Babs Nieuwenhuis van Actiz staan er zo’n 200 protestants-christelijke zorginstellingen geregistreerd op kiesbeter.nl.
Dat is een website van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Zo’n 90 procent van alle zorginstellingen is aangemeld bij het RIVM.
Nederland telde in 2008 bijna 2000 verzorgings- en verpleeghuizen, aldus het Sociaal Cultureel Planbureau. Dit betekent dat 10 procent van alle verzorgings- en verpleeghuizen protestants-christelijk is.
Van de 2,6 miljoen personen in Nederland van 65 jaar en ouder wonen er ongeveer 112.000 in een verzorgings- of verpleeghuis. Dit is ruim 4 procent van alle 65-plussers.