De Britse krant The Sun tekende afgelopen weekend zijn verhaal op. Het beeld van Alic ging in augustus 1992 de wereld rond: een uitgehongerde man achter prikkeldraad, onder meer op de voorpagina van het Amerikaanse weekblad Time. De internationale gemeenschap hoorde van de kampen in het Noordwest-Bosnische district Prijedor, waar de Bosnische Serviërs onder leiding van Radovan Karadzic duizenden moslims en Kroaten opsloten. De gruwelijke tv-beelden en foto’s waren mede aanleiding voor de oprichting van het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag in 1993, na voorbereidend onderzoek onder leiding van de Nederlandse volkenrechtdeskundige Frits Kalshoven.

In de eerste rechtszaak van het tijdelijke VN-hof, tegen de Bosnisch-Servische agent Dusko Tadic, stonden misdaden in de Prijedorkampen centraal.

Alic zat 63 dagen in Trnopolje en turfde slechts zes dagen waarop hij niet werd gemarteld. Hij wist als vrouw verkleed uit Trnopolje te ontsnappen en bouwde een nieuw leven op in Denemarken. Vorig jaar keerde hij terug naar zijn geboortedorp Kozarac vlak bij Trnopolje, waar Tadic een café runde. Hij komt er oorlogsmisdadigers op straat tegen. „Zij tonen nooit spijt. Maar als je je leven leidt vol haat, zal dat alleen maar jou vernietigen. Wij moeten dit achter ons laten.”

Maar de monumenten in de kampen moeten er van Alic beslist komen. „Op die manier blijft de waarheid overeind wanneer wij overlevenden er niet meer zijn om het verhaal te vertellen.”

Na een oorlog die meer dan 100.000 mensen het leven heeft gekost, is het sinds 1995 vrede in Bosnië. Het centrale bestuur is er zwak.

Prijedor ligt in Republika Srpska, de entiteit waar de Serviërs het nu voor het zeggen hebben.