Groen & duurzaamheid

Stuifmeel van tropische planten op Zuidpool

UTRECHT – Boorkernen afkomstig van kleisedimenten op 1000 meter diepte voor de kust van Antarctica bevatten grote hoeveelheden stuifmeel­korrels van (sub)tropische planten, zoals palmen, de baobab (apenbroodboom) en tropische fruit- en notenbomen.

Wetenschapsredactie
3 August 2012 13:36Gewijzigd op 14 November 2020 22:29
Een baobabboom. Foto EPA
Een baobabboom. Foto EPA

Dat blijkt uit de eerste resultaten van een expeditie naar Oost-Antarctica met een boorschip. Aan boord was een onderzoeksteam onder leiding van Henk Brinkhuis, hoog­leraar paleo-ecologie, verbonden aan de Universiteit Utrecht en het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ). Het internationale expeditieteam publiceerde zijn resultaten deze week in het wetenschappelijk tijdschrift Nature.

Op de Zuidpool heersten ooit subtropische temperaturen met vorstvrije winters en tropische regenwouden aan de kusten, zo concluderen de onderzoekers.

Naast de stuifmeelkorrels onderzochten de Nederlandse teamleden ook fossiele mole­culen, die afkomstig zijn van (land)bodembacteriën. Ook daaruit bleek dat het op Antarctica ooit –het team heeft het, gebaseerd op het gangbare evolutionaire paradigma, over 50 miljoen jaar geleden– in de zomer boven de 25 graden Celsius moet zijn geweest. Een superbroeikaswereld, aldus de onderzoekers, met mogelijk hoge concentraties CO2 in de atmosfeer, vier tot vijf keer hoger dan nu, en tropische bossen tot aan beide polen.

Brinkhuis: „We proberen met dit onderzoek terug te bladeren in het geschiedenisboek van de aarde en onderzoeken de rol van CO2 in de atmosfeer, mede met het oog op de toekomst.”

Drs. Tom Zoutewelle, verbonden aan de Stichting Creaton, stelt in een reactie dat de publicatie, evenals eerdere artikelen, erop wijst dat de CO2-concentraties op aarde vroeger hoger waren dan nu. „Daar wijzen creationisten al langer op. Het is wellicht nog een overblijfsel van de wereld voor de zondvloed en maakte deel uit van de oorspronkelijke scheppingsorde.”

Dat heeft volgens Zoutewelle belangrijke gevolgen voor de ouderdomsbepaling van onderzoeksmonsters met behulp van de zogeheten C14-methode. „Die gaat bij een hoger CO2-gehalte in het verleden volledig op zijn kop. Monsters lijken daardoor veel ouder dan ze in werkelijkheid zijn.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer