Manifest ”Dominee 2.0” zet in op praktijk
UTRECHT – Zelden heeft een theologisch manifest voor zo veel discussie gezorgd als de afgelopen weken het document ”Dominee 2.0”. Proponent Folkert de Jong (27) uit Utrecht, een van de ondertekenaars, blikt terug en kijkt vooruit.
Op 9 juli slingerde een groep jonge theologen en predikanten binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) als het ware met een katapult een steen via sociale media als Facebook en Twitter de wereld in. Een dag later volgden publicaties in (christelijke) kranten. „Wij voelen ons geroepen een brug te slaan tussen de kerk en de cultuur van deze tijd”, zo luidt het in het manifest. „We staan dan ook te trappelen dit als predikant in de praktijk te gaan brengen. Helaas. Dit wordt ons onmogelijk gemaakt door de huidige kerkelijke cultuur.”
Folkert de Jong is een van de ondertekenaars van het document. Hij is geboren in Dokkum en proponent (kandidaat met preekbevoegdheid) in de Protestantse Kerk. De Jong zit in de groep die bezig is met de vraag hoe het verder moet. Want dát er iets met het manifest en de stroom aan reacties gedaan gaat worden, is voor hem geen vraag maar een feit.
Onvrede
De Jong blikt terug op de aanzet van een en ander. „Het manifest was een week voor verschijnen opgesteld tijdens een bijeenkomst op Hydepark in Doorn, waar jonge theologen van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) bijeen waren. Onderdeel daarvan was de afgelopen jaren de opdracht: schrijf een opinieartikel. De volgende dag kwam het moderamen (bestuur) van de Protestantse Kerk langs. Wat er in het stuk staat, leefde al heel lang bij de studenten, dus toen zeiden ze: Laten we er een manifest van maken en dat aanbieden aan het synodebestuur.”
Dat reageerde positief op het stuk en het initiatief van de studenten. Een week later ontstond er, onmiddellijk na het publiekelijk maken, een golf aan mediabelangstelling, gevolgd door honderden reacties op internetfora, blogs en Twitter. In een omvang die ongewoon is. „Bettelies Westerbeek en Robert Stigter, die het stuk schreven, schrokken wel even…”
De Jong denkt dat de stroom reacties erop wijst „dat er onderhuids blijkbaar al erg veel onvrede leefde in de kerk. En het was misschien ook het begin van de komkommertijd. Ik denk dat het een samenloop van omstandigheden is geweest waardoor dit zo’n vlucht heeft genomen.”
De steun van de generatie 70- en 80-jarigen heeft hem verrast. „Die zeggen eerlijk dat we door moeten gaan. Ze zijn blij dat een jonge generatie zó voor de kerk en het geloof gaat. Er wordt wel vaak gezegd dat de oudere generatie niet wil veranderen of veranderingen tegenhoudt. Ik betwijfel of dat altijd zo is. Zij hebben natuurlijk ook gezien dat hele generaties uit de kerk zijn verdwenen. Ik geloof niet dat hun steun eruit voortkomt dat ze ons zien als een soort laatste strohalm. Integendeel: die is oprecht.”
Kritiek kwam er ook op het manifest. „Het belangrijkste kritiekpunt was dat mensen het niet concreet genoeg vonden. „Er staat niet in wat jullie dan wél willen.” Dat klopt ook, maar met de uitwerking daarvan zijn we al bezig.”
Onlinediscussie
Het vervolg kent verschillende routes. „De onlinediscussie blijft er. Via Facebook zijn bijeenkomsten gepland, deze maand al. Er komen onder meer ontmoetingen met pionierpredikanten en gemeentestichters, maar ook met predikanten die in dorpen actief zijn en met ons willen brainstormen.”
De groep die ”Dominee 2.0” opstelde, wil eerst uitwerken dat er een „veel helderder visie” moet komen voor de kerk. Het moderamen van de Protestantse Kerk wees in zijn reactie onder meer op het feit dat het veel herkenningspunten zag: zaken die ook verwoord zijn in de visienota ”De hartslag van het leven”, die in januari werd gepresenteerd. De Jong: „Maar dat stuk is en blijft een compromis, omdat het uit het PKN-bestuur komt. De eigenlijke problematiek waar de kerk –en ook de opleiding– mee kampt, staat er niet in. Er is geen visie op de cultuur waarin we leven en hoe je de categorie búíten de kerk bereikt. Wij geloven dat de kerk is geroepen om missionair te zijn. Dit is ten dele ook in de visienota verwoord, maar wij menen dat in veel plaatselijke gemeenten, in de synode en in de opleiding de fundamentele vragen niet gesteld worden. Hoe ‘doe’ je kerk? Is wat we doen wel de juiste manier die bij deze cultuur past?”
Volgens De Jong ontbreekt dit ook in het stuk van de PKN-visienota omdat de stem van de jonge generatie niet vertegenwoordigd is in de synode. „Wij worden niet gehoord.”
De oud-Dokkumer meent echter dat er geen tegenstelling gecreëerd moet worden. „Maar duidelijk is dat dit manifest een beweging is van onderop, niet van bovenaf uit een synode. Ik denk vooral dat we het als ”en-en” moeten zien. Daarom vragen we ook ruimte aan de synode, om aan de slag te gaan met veranderingen in de kerkorde die andere vormen van gemeentezijn mogelijk maken. Daar hoort volgens ons ook nog steeds de bezinning op de juniorpredikant bij. En op de ambten en wijkindelingen. Wat betreft het laatste: ga je bijvoorbeeld uit van een territoriale gemeente, of kun je ook denken in doelgroepgemeenten? De synode en de PThU hebben hier ook een taak in, vinden wij.”
De Jong bevestigt dat met alle mensen die online meediscussiëren gemakkelijk menig gesprekszaal gevuld zou kunnen worden. Maar debatavonden staan nog niet op de rol. „Vooralsnog houden we het bij internet, maar je weet niet wat er nog komt.”
Geen etiket
De inhoud van het manifest heeft al heel wat kwalificaties gekregen als het gaat om de vraag uit welke ‘richting’ binnen de kerk het komt. „Er staan mensen uit de Gereformeerde Bond onder, vrijzinnigen en mensen die zich evangelisch noemen. Maar wij geven het geen etiket. Het is gewoon een manifest van jonge theologen. Aan de breedte van de reacties zie je dat het blijkbaar breder leeft in de kerken. In die zin geloven we ook niet dat het debat na de zomer ineens voorbij is. Nee, dit gaat echt nog wel even door.”