Dit jaar zijn de 34 basisscholen binnen de grootste gemeente van Zeeland goed voor 4000 leerlingen. Dat aantal neemt jaarlijks met zo’n 150 leerlingen af.

„We willen ons blijven richten op het behoud van kwaliteit van het onderwijs. Gelukkig zoeken schoolbesturen steeds meer contact met elkaar. Dat kan leiden tot een verdere samenwerking tussen de scholen”, zei wethouder Liefting (Onderwijs) maandag.

De drie overkoepelende onderwijsgroepen, Leertij (openbaar, protestants-christelijk, rooms-katholiek), Pro Baz (protestants-christelijk) en Kapriom (rooms-katholiek) zijn bereid te praten over samenwerking en het behoud van identiteit. Liefting: „Vooral het protestants-christelijk onderwijs vreest voor identiteitsverlies, maar de praktijk leert dat daarvan geen sprake hoeft te zijn.”

De Zeeuws-Vlaamse gemeenten Hulst, Sluis en Terneuzen kijken naar mogelijkheden om kinderen die in aanmerking komen voor passend onderwijs voor de regio te behouden. Nu gaan deze leerlingen naar scholen in Walcheren en Zuid-Beveland. „Hiervoor worden plannen uitgewerkt. We moeten goede leerkrachten hebben die ook ambulant kunnen worden ingezet. Het is van belang dat kinderen in hun sociale omgeving worden opgevangen”, aldus Liefting.

De drie gemeenten zijn ruim 
1 miljoen euro kwijt aan leerlingenvervoer naar andere delen van de provincie voor passend onderwijs. Van de 34 scholen is meer dan de helft ouder dan tien jaar. In het opknappen van oudere scholen en nieuwbouw heeft Terneuzen een kleine 39 miljoen euro geïnvesteerd.