Nieuwbouw ’t Woudt uit 1897
Naam: ’t Woudt (gemeente Midden-Delfland).
Aantal inwoners: 36.
Bestaat sinds: De eerste vermelding van het dorp dateert uit 1227, als graaf Floris V de parochianen van ’t Woudt toestemming geeft een eigen pastoor voor te dragen. In 1561 wordt genoteerd dat het dorpje twee boerderijen, negen kleine huisjes, een herberg, een pastorie en een kosterswoning telt.
Eerste indruk: Een smal, doodlopend zijweggetje van de Woudseweg tussen Delft en De Lier leidt naar het dorpje waar de tijd lijkt te hebben stilgestaan. De weg vertakt zich in het dorp in verschillende ”eigen” weggetjes. Eén ervan leidt naar de protestantse kerk, waar iedere zondag diensten worden belegd. Met name voor fietsers is het dorp een trekpleister. Velen van hen houden halt bij koffiehuis De Hooiberg van Jos en Tineke van der Knaap. Zij presenteren de Woudtse plak, een koek van mokka met lange vingers. „Dit maakten de boerinnen vroeger voor de mannen die ’s zomers aan het hooien waren”, vertelt Jos van der Knaap.
Bezienswaardigheid: Het dorp bestaat uit vijf boerderijen en elf woonhuizen. Sinds 1970 is het gehele dorp een beschermd dorpsgezicht. „Ook de beplanting is vastgelegd, hoewel je natuurlijk geen vergunning hoeft te vragen om een viooltje te poten.” Eigenlijk is –dankzij het overheidsbesluit van 42 jaar geleden– het hele dorp een bezienswaardigheid.
Uniek aan het dorp? Velen zien ’t Woudt als het kleinste dorp van Nederland en daarom heeft het een grote aantrekkingskracht op fietsende bezoekers. „Alles is hier even mooi”, zegt een dame, terwijl ze met haar vriendinnen weer op haar rijwiel stapt.
Soms komen er Friezen die roet in het eten gooien. „Zij zeggen dat Friesland het kleinste dorp van Nederland heeft”, zegt Van der Knaap. Omvang, inwonertal en het hebben van een dorpskern zijn factoren die meespelen in de discussie. „Wat mij betreft is ’t Woudt het kleinste dorpje van Nederland met een kerk.”
Zijn bewoners trots op hun dorp? Al wonen Van der Knaap en zijn vrouw pas sinds 2007 in de buurtschap, trots is hij „absoluut” op zijn woonplaats. Of hij al eerder op het platteland gewoond heeft? „Ik kom uit het Westland, dus vul maar in. Het heet „buitengebied”, maar ik noem het liever een bedrijventerrein.”
Toekomstperspectief:
Voor de komende decennia is het beleid voor dit dorpje vastgelegd in een ontwikkelingsplan. Veel zal er de komende jaren binnen het stiltegebied –dat ’t Woudt ook is– niet veranderen. „Onlangs is er een boerderij opgeknapt, die weer helemaal in de oude staat is teruggebracht. Dat zijn dingen die toegestaan worden.” Grootscheepse nieuwbouw zit er in elk geval niet. „Ons huis stamt uit 1897. Dat heet hier haast nieuwbouw.”
Dit is de tiende aflevering in een serie over kleine plaatsen.