Economie

Sociale media en concurrentiebeding

„Gefeliciteerd, u bent aangenomen. De arbeidsovereenkomst wordt u toegestuurd, wilt u deze zo spoedig mogelijk ondertekenen en terugsturen?” Jan Dirk is blij met zijn nieuwe baan en tekent de arbeidsovereenkomst.

Marieke van de Beek
19 July 2012 08:13Gewijzigd op 14 November 2020 22:14
Foto ANP
Foto ANP

Hij plaatst meteen een berichtje op Twitter: „Zin in nieuwe uitdaging bij X.” Ook zijn Linked­Inprofiel wordt aangepast en gedurende zijn dienstverband bijgewerkt met relaties en contacten vanuit het bedrijf.

Na een aantal jaren vindt Jan Dirk een andere baan, waar hij betere doorgroeimogelijkheden heeft. Ook financieel gaat hij er flink op vooruit. Hij zegt zijn huidige arbeidsovereenkomst op. Zijn werkgever wijst hem op de verplichtingen in zijn arbeidsovereenkomst. Daarin zijn een concurrentie-, een relatie- en een geheimhoudings­beding opgenomen. Nu zijn deze bedingen redelijk gebruikelijk. De vraag is in hoeverre het gebruik van sociale media zich verhoudt tot deze bedingen. In de rechtspraak zijn al situaties naar voren gekomen waarin deze vraag heeft gespeeld.

Geen contact

In 2010 zijn een werkgever en een werknemer uit elkaar gegaan op basis van een vaststellingsovereenkomst. In deze vaststellingsovereenkomst is –samengevat– opgenomen dat de werknemer gedurende een jaar na het einde van de arbeidsovereenkomst geen rechtstreeks of zijdelings contact mag onderhouden met vijf met name genoemde relaties van de werkgever. Deze werknemer heeft op een gegeven moment via LinkedIn contact met een werknemer van een van de genoemde bedrijven. Zijn ex-werkgever maakt hiervan een screenprint en stelt dat de werknemer het relatiebeding heeft overtreden. De voorzieningenrechter is ook van mening dat door het gelegde contact via LinkedIn het relatiebeding is overtreden. De werknemer moet de boete betalen die is gekoppeld aan het overtreden van het relatiebeding, in dit geval 20.000 euro.

Twitter

Bij het gerechtshof in Den Haag speelt begin dit jaar een zaak waarbij een werknemer gebonden is aan een concurrentiebeding, een relatiebeding en een geheimhoudingsbeding. Zowel de kantonrechter als het hof is van mening dat de werknemer door het concurrentiebeding onbillijk wordt benadeeld. Expliciet wordt aangegeven dat het relatie- en het geheimhoudingsbeding onverkort in stand blijven. De ex-werkgever heeft er geen vertrouwen in dat de werknemer het relatie- en het geheimhoudingsbeding zal naleven en onderbouwt dit met berichten die de werknemer op Twitter heeft geplaatst. Het gerechtshof heeft hierover geoordeeld dat het plaatsen van berichten op Twitter –hoewel de plaatser zich op glad ijs begeeft– nog niet kan worden aangemerkt als „het onderhouden van zakelijke contacten” zoals verboden door het relatiebeding. De reden hiervan is dat het volgen op Twitter een eenzijdige actie is vanuit de volger en niet specifiek geïnitieerd vanuit de eigenaar van het gevolgde Twitteraccount. Twitter onderscheidt zich op dit punt dus wezenlijk van bijvoorbeeld LinkedIn en Facebook, waarbij contacten uitgenodigd of geaccepteerd moeten worden. Twitter wordt beschouwd als een moderne vorm van adverteren.

Wat betekenen deze uitspraken voor Jan Dirk? Jan Dirk moet nagaan of hij door het accepteren van zijn nieuwe baan het concurrentiebeding overtreedt. Verder moet hij terughoudend omgaan met LinkedIn. Het benaderen van relaties van zijn ex-werkgever via LinkedIn kan leiden tot overtreding van het relatie­beding, met alle gevolgen van dien.

Gelukkig kan hij nog wel onbeperkt twitteren. Althans, voorlopig dan.

De auteur is juridisch medewerker individuele belangenbehartiging bij de Reformatorisch Maatschappelijke Unie.

Meer over
Sociale Zaken

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer