Kerk & religie

„Regime ziet christelijke Nubiër als verrader”

CAÏRO – Pastor Hassan Osman komt uit het Sudanese Nuba­gebergte, waar al maanden felle strijd wordt geleverd tussen Sudan en Zuid-Sudan. Ook enkele naaste familieleden van hem kwamen om. Hij ziet het echter als zijn taak juist daar te werken. „Het werk in de kerk moet doorgaan.”

Mark Wallet
17 July 2012 11:39Gewijzigd op 14 November 2020 22:12
Hassan Osman (r.). Foto Jos Strengholt
Hassan Osman (r.). Foto Jos Strengholt

In de tuin van de anglicaanse kerk St. Michael and All Angels in Heliopolis, een voorstad van de Egyptische hoofdsatd Caïro, staan wat tafeltjes in de schaduw van lommerrijke bomen. Aan een daarvan zit Hassan James Osman. De Sudanees brengt er wat tijd door in afwachting van de Arabischtalige zondagavonddienst, waarin hij zal preken. Het is een van de eerste diensten die hij leidt sinds hij afstudeerde als priester aan het seminarie in Caïro.

Osman komt van origine uit het Nubagebergte, een regio in Sudan op het grensgebied met Zuid-Sudan. Het is er al maanden uiterst onrustig. Sudan en Zuid-Sudan vechten een felle strijd om het gebied. Een groot deel van de Nubiërs is vanouds op de hand van de Zuid-Sudanese rebellen, maar hun woongebied behoort tot Sudan. Sudan wil het gebied onder geen beding afstaan, maar is de inwoners liever kwijt dan rijk.

Ondanks de onrust in de regio is Osman vastbesloten naar zijn geboortegebied terug te keren omdat hij vindt dat hij daar het meest nodig is. Een aanbod om de Sudanese christelijke gemeenschap in Egypte te dienen, wees hij van de hand. „Het Nubagebergte is mijn land. Ik wil daarom graag de christenen daar dienen”, zegt hij resoluut. Zo’n 40 procent van de Nubiërs is christen.

De oorlog in het gebied laat Osman bepaald niet onberoerd. Een zwager van hem en zijn drie kinderen kwamen recent bij een bombardement om het leven. Sudanese bommenwerpers belaagden een marktplein, waarbij in totaal twaalf mensen werden gedood. „Veel mensen in het Nubagebergte hebben verwanten te betreuren vanwege de oorlog”, zegt Osman. „De angst zit er diep in. Duizenden inwoners zijn naar Zuid-Sudan gevlucht en verblijven daar in vluchtelingenkampen.”

Osman ziet in de oorlog een extra reden om terug te gaan naar het Nubagebergte. „Het werk van de kerk moet voortgang hebben”, zegt hij. „De meeste pastores zijn ook gevlucht. In Kadulgi (de hoofdstad van de Nubaregio, MW) is nog maar één pastor over.” Hij schudt zijn hoofd. „Het betekent dat er een groot gebrek aan leiders is in de gemeenten. Het is nodig dat de christenen bemoedigd worden.”

De Nubiër wijst er bovendien op dat het nu juist de bedoeling van het regime in Khartoem is om de Nubische christenen weg te hebben. „Het regime ziet ons christenen als verraders, omdat we op de hand van Zuid-Sudan waren. Ik zou echter niet weten waarom we weg zouden moeten. Het Nubagebergte is mijn land, ik ben er geboren.”

Osman komt uit een moslimgezin. Al zijn broers en zussen zijn echter christen geworden. „Mijn tweede broer was de eerste. Dat werkte zo aanstekelijk dat we allemaal zijn gevolgd. Alleen mijn moeder is nog moslim”, zegt Osman.

Moslims en christenen in het Nubagebergte gaan op het grondvlak goed met elkaar om, aldus de pastor. De problemen zijn volgens hem gekomen met de komst van radicale moslims uit het noorden en vanuit andere Arabische landen. Veel gewone moslims staan volgens Osman echter open voor het Evangelie. Hij hoopt hen te kunnen bereiken.

Osman keert met zijn vrouw en vijf kinderen naar zijn geboortegrond terug. Of hij angstig is om zijn toekomst? Hij schudt resoluut zijn hoofd. „Ik hou van het land en ik hou van God. Hij zal ons beschermen.”

Meer over
Sudan

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer