Vooral in plattelandsgemeenten moeten mensen in nood vaak langer wachten. Dat komt vooral doordat er minder ambulanceposten zijn en de hulpdienst vaak langere afstanden moet afleggen. Maar ook slecht weer blijkt ambulancediensten parten te spelen.

Norm

Ambulances moeten in 95% van spoedgevallen waarbij het slachtoffer mogelijk in levensgevaar is, binnen 15 minuten ter plekke zijn. Deze norm bestaat al jaren, maar wordt nog steeds niet gehaald. In 320 van de in totaal 415 gemeenten wordt de norm van 95% binnen 15 minuten niet gehaald.

De gemeente Millingen aan de Rijn in Gelderland scoort het slechtst. Daar is de ambulance in 84% van de ritten te laat. Ook veel Friese, Zeeuwse en Brabantse gemeenten scoren onder de maat.

Volgens Ambulancezorg Nederland is het in dunner bevolkte gebieden niet mogelijk om overal aan de norm te voldoen. Voorzitter Hans Simons: „Het zou niet reëel zijn om in die gemeenschap op die plek een ambulance te plaatsen. Dat zou te kostbaar zijn en daar zou te weinig werk voor zijn.”

Volgens Simons is er nauwelijks nog verbetering mogelijk en moeten vooral huisartsen en vrijwilligers in plattelandsgebieden vaker bijspringen om eerste hulp te verlenen bij noodgevallen.