Opinie

Commentaar: Vragen over de kerk

Honderd jonge theologen hebben de Protestante Kerk in Nederland (PKN) de afgelopen week flink opgeschud met een manifest. Daarin schrijven ze dat ze zich, als generatie nieuwe predikanten, geroepen weten om een brug te slaan tussen de kerk en de cultuur van deze tijd. Maar dat lukt hun niet, de huidige kerkelijke cultuur zou het hen onmogelijk maken.

Hoofdredactioneel commentaar
13 July 2012 19:58Gewijzigd op 14 November 2020 22:09Leestijd 3 minuten

In het manifest is een brede groep van beginnende theologen aan het woord. Ze komen niet alleen uit de middenorthodoxe of vrijzinnige vleugel van de Protestantse Kerk, maar ook uit de meer orthodoxe hoek. In hun manifest zit dan ook iets dubbels. Aan de ene kant willen ze niet functioneren in een –wat ze noemen– „dichtgetimmerd systeem”, maar aan de andere kant zijn ze ook de schroom voorbij om God ter sprake te brengen. Oftewel: ze bewegen zich tussen de polen van orthodox en vrijzinnig.

Over kerk en theologische opleiding zijn ze uitermate kritisch. De kerk is „geen aantrekkelijke plek” om te werken. Het is dat ze zich geroepen weten, „anders waren we allang weggeweest.”

Nu is het voor kerken –het gaat hier natuurlijk allang niet meer over de Protestantse Kerk alleen– altijd goed om naar jongeren te luisteren. Ze zijn fris en ze kijken anders naar de dingen dan predikanten die al vele jaren functioneren in kerk en gemeenten en ze kunnen zich beter verplaatsen in vragen van de jongere generatie. Toch is er op het schrijven van de jonge predikanten ook wel wat af te dingen. Zo verwijten ze de kerk van alles en nog wat, maar de vraag is natuurlijk of die verwijten terecht zijn. Ze schrijven bijvoorbeeld dat als ze het in de Protestantse Kerk over God „mogen” hebben, ze dat „moeten” doen binnen vaste kaders en 17e-eeuwse vormen. Wie de PKN in haar breedte een beetje kent, weet dat daar heel wat op af te dingen is.

Ongetwijfeld onbedoeld, klinkt het manifest toch wat cynisch. Theologen die nog aan het begin staan, weten wel erg goed hoe het allemaal is en moet. De jas van het manifest slobbert te ruim om het lijf van de schrijvers, die nog in de kerk beginnen moeten.

Kerkleiders kunnen daarmee het manifest zeker niet zomaar in een la laten verdwijnen. De vragen die gesteld worden, nopen tot zelfonderzoek. Wat kan beter en wat moet anders?

Tegelijk moeten juist jongeren in hun enthousiasme niet vergeten dat het Evangelie van Jezus Christus altijd iets tegendraads heeft. Die tegendraadsheid behoort tot het wezen van de kerk, om het zomaar eens te omschrijven. Het Evangelie is, om het in 17e-eeuwse taal te zeggen, nooit naar de mens. Het kruis van Christus staat in verzoening én in navolging haaks op onze werkelijkheid en op dat wat wij willen.

Een kerk die antwoorden geeft op vragen die niet gesteld worden, moet zichzelf kritisch onderzoeken. Maar is het probleem soms juist ook niet dat de kerk níét meer die vragen stelt die de Bijbel wel stelt? Is het juist niet de grote fout van de kerk dat ze zich te makkelijk aanpast aan de cultuur?

De theologen van het manifest roepen om mensen die hen kunnen coachen. Ze vragen dus om leiding en sturing. En dat is een vraag die geen enkele kerk onbeantwoord mag laten.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer