„En de Heere der heirscharen zal op deze berg alle volken een vette maaltijd maken, een maaltijd van reine wijn, van vet vol mergs, van reine wijnen, die gezuiverd zijn.”

Christenen beledigen de Heere der heerlijkheid, daar er zo weinig zijn die bij Christus te gast gaan! Weinigen kleden zich in Zijn wit gewaad! Weinigen drinken Zijn Geest in! De meesten zijn tevreden met een zweem van genade, een kruimeltje van de tafel en een droppel van Zijn Geest.

Ontwaakt, lieve vrienden: „Deze dingen heb ik tot u gesproken, opdat uw blijdschap volkomen zij.” Een vette maaltijd, vol van merg, beeldt de rijkste en voedzaamste spijzen uit. De reine wijnen die gezuiverd zijn, stellen de oudste en beste wijnen voor, zodat er op dit feest de beste overvloed is.

Zo is het in Christus. Er is vergeving van alle zonden. Dit is de heerlijkste spijs voor een hongerige ziel. Een goede tijding uit verre landen is als koud water op een vermoeide ziel. Een goed geweten is een eeuwig feest. Vermoeide ziel, tast en ziet. „Ik zat neer onder Zijn schaduw met grote blijdschap, en Zijn vrucht was liefelijk voor mijn smaak.” Daarom roept een vermoeide ziel uit: „Versterkt mij met de appelen, want ik ben krank van liefde.” Zie het vriendelijk aangezicht van de Vader, Die u liefheeft. O, het is een feest voor een ziel wanneer hij de toorn van God ontkomen is en in de armen van een liefhebbende Vader ligt: een overgang vanuit de dood in het leven!

R. M. M’Cheyne, predikant te Dundee (”Laatste verzameling”, 1862)