Overvloed
Jesaja 12:1.
„En te dienzelven dage zult gij zeggen: Ik dank u, Heere, dat Gij toornig op mij geweest zijt. Maar Uw toorn is afgekeerd en Gij troost mij.”
Er is overvloedig genade en vrede voor de zondaar, want Gods toorn is van hem afgewend op Christus. Wat het geweten van ontwaakte zielen bezwaart, is Gods toorn. Dit doet hen nacht en dag vrezen, zowel in het openbaar als in het geheim.
Een ontwaakte ziel gevoelt dat hij Gods wet overtreden heeft en elke dag aan Zijn wraak blootgesteld is. Hij kan geen rust smaken, heeft geen vrede bij zijn maaltijden, vindt geen vreugde bij zijnvrienden. De hemel is zwart voor hem, de aarde is bereid om zich te openen en hem te verslinden. Indien God een rechtvaardig en heilig God is, zal Hij Zijn toorn doen gevoelen. Indien Hij een waarachtig God is, zal Hij al Zijn bedreigingen ten uitvoer brengen. Indien zo’n ziel Christus als zijn Borg wilde aannemen, dan zou hij overvloedig vrede hebben.
Gods toorn is reeds van hem afgewend op Christus. Al de wolken van de wraak hebben zich gelijk een hoos op dat ene hoofd samen gepakt. Indien u Christus als uw Borg wilt aannemen, behoeft u niet te vrezen. De wet is volbracht en God eist geen tweede straf. U hebt geen reden om te vrezen wanneer er zo’n vergeving bestaat. Christus biedt Zich voor eenieder van u als een Borg aan, en indien u Hem aanneemt, zo zal de wraak in alle eeuwigheid niet over u komen.
R. M. M’Cheyne, predikant te Dundee (”Bijbellezingen”, 1838)