Commentaar: datamassage is erger dan plagiaat
Er gaat geen maand voorbij of er komt een nieuw wetenschappelijk schandaal aan het licht. Vooral belangrijke politici lijken gevoelig te zijn voor wetenschapsfraude. President Schmitt van Hongarije kwam in maart in het nieuws, hij had 200 van de 215 pagina’s van zijn proefschrift grotendeels overgeschreven. Vorig jaar moest de Duitse minister Zu Guttenberg het veld ruimen toen bleek dat aan meer dan de helft van zijn 475 pagina’s tellende proefschrift een luchtje zat. Iets dergelijks werd de Roemeense premier Ponta vorige week in de schoenen geschoven: ook zijn proefschrift zou voor meer dan de helft uit slim knip- en plakwerk bestaan.
Nu speelt bij deze bewindslieden natuurlijk een rol dat hun politieke tegenstanders graag een spaak in het wiel steken. Bovendien is in sommige landen een doctorstitel kennelijk eenvoudig te behalen. Maar ook in Nederland komt plagiaat voor onder toonaangevende wetenschappers. De bekendste naam in dat verband is die van René Diekstra, de klinisch psycholoog die in 1996 zijn leerstoel verliet, hoewel strikt genomen nooit bewezen is dat hij werkelijk ten onrechte stukken van anderen had overgeschreven.
Plagiaat is de bekendste vorm van wetenschapsfraude. Zeker niet minder schadelijk is de fraude die gisteren aan het licht kwam. De van oorsprong Vlaamse hoogleraar Smeesters, tot voor kort verbonden aan de Erasmus Universiteit, blijkt bij zijn onderzoek sommige gegevens weggelaten te hebben. Volgens de universiteit, die het onderzoek van Smeesters tegen het licht hield, selecteerde de hoogleraar de gegevens zodanig dat het verwachte effect aantoonbaar werd.
Dit vergrijp is veel schadelijker dan plagiaat. Wie wat overschrijft van een ander zonder de bron te noemen, is zelf een prutwetenschapper maar het uiteindelijke resultaat hoeft er niet onder te lijden. Als er maar uit een goede bron overgeschreven is. Maar wie gegevens manipuleert, construeert daarmee wetenschappelijke resultaten die op drijfzand gebaseerd zijn.
Het is niet uitgesloten dat Smeesters gehandeld heeft vanuit wetenschappelijke tunnelvisie, maar dat hij nu alsnog zijn gedrag goedpraat en dat de oorspronkelijke gegevens kwijt zijn, pleit niet in zijn voordeel. In elk geval is het een goede zaak dat de Erasmus Universiteit afstand heeft genomen van een deel van zijn publicaties.
Na het avontuur met de Tilburgse psycholoog Stapel roept deze kwestie opnieuw de vraag op of wetenschappers nog te vertrouwen zijn. De fraudegevallen zijn vooral schadelijk omdat ze het imago van wetenschappers aantasten. Niet terecht, want dat er vaker plagiaat geconstateerd wordt, komt ook doordat dit met moderne middelen gemakkelijker op te sporen is. En de belangrijke pijler van de wetenschap, het grondig beoordelen van elkaars werk voordat iets gepubliceerd mag worden, is een prima principe.
Daar staat tegenover dat de druk om te publiceren erg groot is, want dat is de enige manier om de wetenschappelijke ladder te beklimmen. Dat maakt de verleiding groter om te rommelen met gegevens. Helaas, want zo brokkelt het vertrouwen af. Voor je het weet zijn er mensen die ook niet meer geloven dat de zeespiegel stijgt of dat roken slecht is voor je longen.