Commentaar: Joodse verdeeldheid doet kwestie rituele slacht geen goed
Het leek zo mooi. Om te voorkomen dat onverdoofd ritueel slachten in ons land verboden zou worden, zijn staatssecretaris Bleker (Landbouw) en joodse organisaties samen aan tafel gegaan om een convenant op te stellen. Het doel ervan: verbetering van het dierenwelzijn tijdens de slacht. Als dat zou lukken, zou Thieme van de Partij voor de Dieren het nakijken hebben met haar omstreden wetsvoorstel om helemaal het mes te zetten in de koosjere slacht.
Inmiddels ligt er een convenant. Dat is mooi. Minder mooi is de verdeeldheid in joodse kring die zorgt voor onnodige ruis op de lijn. Die ruis begon met de samenstelling van de commissie die vragen over rituele slacht gaat beantwoorden. Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK) had moeite met beoogd commissievoorzitter Hellebrekers, omdat deze zich in het publieke debat tégen rituele slacht had uitgesproken en dus partijdig zou zijn. Geen onlogische kritiek. Rabbijn Van de Kamp, betrokken bij de Raad voor de Koosjere Slacht (RKS), zei echter wél vertrouwen te hebben in Hellebrekers. Lastig voor de buitenwacht, die verschillende meningen.
Van de Kamp maakte zich druk om iets anders, namelijk dat Bleker te weinig zou luisteren naar de visie van de RKS. De echte koosjere vleeseters zijn immers bij de RKS te vinden en niet bij het NIK, dus als de staatssecretaris ergens naar moet luisteren, is het naar de RKS, aldus Van de Kamp. Dat lijkt geen onlogische redenering.
Niet vergeten mag echter worden dat de RKS zich heeft afgescheiden van het NIK en Bleker alleen zaken wil doen met de officiële vertegenwoordigers van de joodse gemeenschap, dus met het NIK. Van de Kamp en zijn RKS hebben zichzelf buitenspel gezet en dat doet de zaak waar het over gaat geen goed. Anderzijds blijft het onbevredigend dat de gesprekspartner bij uitstek over rituele slacht, de RKS, niet met Bleker om de tafel zit.
Twee weken geleden was rabbijn Van de Kamp nog positief over de inhoud van het convenant. Woensdag nam hij er in deze krant afstand van. Hij ziet het convenant nu als „uitstel van executie” en vreest dat de Partij voor de Dieren alsnog met een wetsvoorstel komt om de koosjere slacht te verbieden. Die ommezwaai van Van de Kamp roept op z’n minst vragen op.
Al met al creëren joodse organisaties zelf onnodige ruis rond een op zichzelf positief gebaar van staatssecretaris Bleker om de kwestie van het ritueel slachten voor eens en altijd goed te regelen via een convenant. Het NIK en de RKS blijken op dit punt helaas niet door één deur te kunnen. Opmerkelijk dat het NIK en moslimorganisaties elkaar wél hebben gevonden. Ze hebben samen hun handtekening onder het akkoord gezet. Dat is winst.
De interne joodse verdeeldheid is niet handig richting de politiek. Daar weten orthodox-christelijke politici over mee te praten. Iemand als oud-SGP-leider Van der Vlies kreeg wel eens de vraag namens welke christenen hij eigenlijk het woord voerde in de Kamer, omdat zijn reformatorische achterban verdeeld was over een aantal principiële zaken. Dat is lastig opereren voor een politicus. Een huis dat tegen zichzelf verdeeld is, kan niet bestaan, zegt de Bijbel. Dat geldt voor jood en christen.