Classicale Acta Gelderland van net na reformatie gepresenteerd
ARNHEM – In de Eusebiuskerk in Arnhem zijn vrijdagmiddag de Classicale Acta van de Nederlandse Hervormde (Gereformeerde) Kerk in Gelderland over de periode 1573-1620 gepresenteerd.
De acta, verdeeld over twee banden (1028 bladzijden), vormen het negende deel in de reeks Classicale Acta van het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (Huygens ING), een van de instituten van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).
De vergaderverslagen zijn bewerkt door drs. Christiaan Ravensbergen. Deze voerde het omvangrijke werk deels uit in dienst van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU), deels in eigen tijd.
De provinciale synode Gelderland omvatte destijds de classes Nijmegen, Tiel, Bommel, Zutphen, Overveluwe of Arnhem, en Nederveluwe of Harderwijk. Met de publicatie van de notulen van de classesvergaderingen is „een schat aan gegevens over de kerkelijke en algemene geschiedenis van Gelderland beschikbaar gekomen”, aldus Ravensbergen vrijdag.
Hij overhandigde de beide banden aan prof. dr. Gerrit Immink, rector-magnificus van de PThU in Amsterdam. Die noemde de nieuwe uitgave „niet alleen historisch interessant; ze raakt ook aan dingen van nu. Zo is de verhouding kerk en staat nog steeds uiterst actueel.”
Op dit moment zijn nog twee delen in de serie Classicale Acta in voorbereiding: een van de classis Schouwen en Duiveland; een van de classis Tholen en Bergen op Zoom. Eerder verschenen de acta van de classes Dordrecht, Rotterdam/Schieland, Leiden, Woerden, Walcheren en Zuid-Beveland, de Overijsselse classes, Delft en Gorinchem.
Gekwalificeerde personen
Op de site vermeldt het Huygens Instituut dat de delen die nu nog in bewerking zijn, de laatste zijn die in de reeks Classicale Acta worden opgenomen. „Het project wordt daarna beëindigd.”
Directeur dr. Henk Wals liet vrijdagmiddag na afloop van de bijeenkomst echter weten dat er wat hem betreft nog geen einde aan de serie hoeft te komen. „Laten gekwalificeerde personen –gepensioneerde theologen, historici– zich bij ons melden”, zo zei hij. „Kijk naar de editie die vanmiddag is gepresenteerd: vakwerk, maar voor een heel deel in eigen tijd verricht. Als er meer mensen zijn die zich vrijwillig –maar wél professioneel, zeg ik erbij– met het bewerken van dergelijke classicale acta bezig willen houden, willen wij hen daarbij zeker helpen.”
Dr. Joke Roelevink, al zo’n 25 jaar de motor achter het project, toonde zich zeer ingenomen met Wals’ toezegging. „Dit is groot nieuws”, reageerde zij. „We hadden gedacht dat een en ander binnen niet al te lange tijd definitief voorbij was. Daarvan hoeft dus geen sprake te zijn – mits gekwalificeerde mensen zich melden.”