„Gereformeerden bepaalden gezicht van Kampen”
KAMPEN – Het vertrek van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) komt nergens zo hard aan als in Kampen. Waar elders slechts ‘theologie’ verdwijnt, houdt in Kampen een complete onderwijsinstelling op te bestaan.
Op de binnenplaats van het universiteitsgebouw, aan de voet van de majestueuze Bovenkerk, staart Johannes Calvijn onverstoorbaar voor zich uit. Hoewel de onderwijsinstelling, gesticht twee decennia na de Afscheiding van 1834, tumultueuze jaren beleefde, bleef het beeld van de reformator altijd als een spin in het web aanwezig. Het onderwijs in Kampen had letterlijk plaats rond zijn persoon.
Calvijn blijft staan, maar de theologieopleiding verdwijnt. Vrijdag vindt de afscheidsbijeenkomst plaats. Dan sluiten de universiteitsgebouwen aan de Oudestraat en de Koornmarkt de deuren. Op 1 september worden de panden overgedragen aan de nieuwe eigenaar. Vanaf komend cursusjaar zijn studenten alleen nog welkom in Groningen en Amsterdam.
Uniek
Vergeleken met de andere theologieopleidingen was Kampen uniek, constateert docent dogmatiek dr. Akke van der Kooi. „Elders was theologie ingebed in een brede universiteit. Hier had je alléén theologie. Kampen was een kleine universiteit, maar had een schat aan kennis.”
Volgend jaar is het veertig jaar geleden dat de dogmatica als studente de Kamper onderwijsinstelling betrad. Na haar studie werd ze onderzoeker en uiteindelijk docent. „Inmiddels werk ik hier langer dan alle andere collega’s.”
Haar vakgenoot oudtestamenticus prof. dr. Klaas Spronk begon in 1975 als student in Kampen, promoveerde er in 1986 en trad in 2006 in dienst als hoogleraar. Als „gereformeerd jongeling”, zoals hij het zelf zegt, verkoos hij een studie in Kampen boven de gang naar de Vrije Universiteit in Amsterdam. „Ik viel voor de goede sfeer en heb nooit spijt gehad van mijn keuze.”
De Kamper onderwijsinstelling, die vanouds predikanten leverde voor de Gereformeerde Kerken in Nederland, kende volgens Van der Kooi altijd een kracht van binnenuit. „In de jaren 70 ontstond er vanuit de kerken een sterke maatschappelijke betrokkenheid. Dat engagement kenmerkt Kampen. Daarnaast had de opleiding altijd veel buitenlandse studenten. Die verscheidenheid aan culturen heeft het onderwijs positief beïnvloed. En ten slotte is er altijd iets van de geest van de Afscheiding uit de negentiende eeuw gebleven. De opleiding is geboren uit protest. Nog steeds is in de Kamper theologie verzet tegen vormen van onrecht herkenbaar, naast de kerkelijke betrokkenheid en de zoektocht naar theologische verdieping.”
Invloed
Vanaf de stichting van de theologieopleiding in 1854 nam in Kampen de invloed van gereformeerden sterk toe, aldus drs. Jaap van Gelderen. De historicus, die tussen 1964 tot 1975 studeerde in Kampen en aansluitend tot 2006 docent kerkgeschiedenis was, kent het verleden van de instelling als geen ander. „De afgescheiden kerk in Kampen was klein en bestond uit eenvoudige mensen. De komst van de school in 1854 zorgde niet alleen voor een toename van het aantal kerkgangers. Ook kwamen allerlei maatschappelijke initiatieven van de grond. Er ontstond een gereformeerde school, uitgevers als Kok en Zalsman begonnen, er kwam aandacht voor socialewoningbouw en niet te vergeten: zondagsschoolonderwijs. Studenten van de opleiding gingen door de stegen van de stad om kinderen naar de zondagsschool te brengen.”
De dadendrang resulteerde in een sterke groei van de plaatselijke gereformeerde kerk. In 1875 werd de Burgwalkerk gebouwd, een bedehuis met duizend zitplaatsen. Tegelijk kreeg het vanouds liberale IJsselstadje een confessioneler gezicht. „Al in 1867 was er het eerste afgescheiden gemeenteraadslid en in 1920 de eerste gereformeerde burgemeester.” In Kampen schreef Bavinck rond de eeuwwisseling zijn monumentale ”Gereformeerde dogmatiek”.
De oorlog en de Vrijmaking van 1944 rond prof. K. Schilder trok diepe voren in Kampen. „De theologieopleiding moest herstellen van het stilliggen van het onderwijs in de laatste jaren van de oorlog en het vertrek van de vrijgemaakten.”
Tijdens zijn eigen studieperiode maakte Van Gelderen de omwenteling in de Gereformeerde Kerken mee, die resulteerde in een nieuwe visie op de authenticiteit en het gezag van de Schrift. „Ik vond het heerlijk, er gebeurde van alles. Tegelijk probeerden de hoogleraren er wel voor te zorgen dat er ook lesgegeven werd, en niet alleen gediscussieerd.”
Verscheurdheid
Is het nodig om de vestiging van de PThU in Kampen af te stoten? Spronk, die als adviseur van de synode van de Protestantse Kerk de gang van zaken van nabij volgde, meent van wel. „Het kan niet anders, het aantal studenten is te laag om verder te kunnen.” Op het hoogtepunt telde de opleiding 500 studenten, nu 120. Tegelijkertijd speelden bij de besluitvorming in 2010 ook kerkpolitieke redenen een rol, aldus de oudtestamenticus. Het naast de VU openhouden van een andere voormalige gereformeerde opleiding, ten koste van een vanouds hervormde, was onmogelijk, constateert Spronk.
Onder docenten en studenten overheerst ambivalentie over de sluiting, aldus Van der Kooi. „Mijn collega Spronk en ik belichamen de verscheurdheid: ik ga in Groningen doceren, hij in Amsterdam.” De teloorgang van ‘Kampen’ gaat haar aan het hart. „Ik besef steeds beter welke kapitaalsvernietiging hier plaatsheeft. Het onderwijs in Groningen en Amsterdam zie ik niet als continuïteit van het huidige aanbod. We hebben geen eigen bacheloropleidingen meer. Het is de vraag of we het karakter vasthouden van de theologiebeoefening die hier zich in 158 jaar ontwikkelde. Theologie ging in Kampen samen met kleinschaligheid. Het dreef je het gesprek te zoeken met de cultuur, in onderwijs en onderzoek.”
Van Gelderen ziet met lede ogen aan hoe de universiteitsbibliotheek verdwijnt, „de meest uitgebreide collectie theologische boeken in Nederland.” Rijen boeken liggen in de universiteitshal, gratis mee te nemen. Werken van marxistische theologen die opgang maakten in de tijd dat Van der Kooi en Van Gelderen in Kampen studeerden, worden rigoureus geruimd.
Het uitventen van de boekencollectie vindt plaats net buiten het gezichtsveld van Calvijn, die vanaf de binnenplaats uitkijkt op de entree van de universiteit. Ook de reformator zal zijn beurt krijgen bij de onttakeling van de PThU-gebouwen.
In een brochure prijst de projectontwikkelaar de „authentieke details” aan van de gebouwen. En omdat de historische panden te groot zijn om in hun geheel aan één aanbieder door te verkopen, wordt volgens de brochure direct achter de rug van Calvijn de wand van de binnentuin „bouwkundig dichtgezet.”